30 november, 2007

Rianne en Frans krijgen hun kans


Hmmmm.. zelfgemaakte Trivialliteratur. Een jaarlijkse uitdaging. Dit jaar mag u meegenieten. Tot op zekere hoogte.
Tot later.

Managementboeken nodig?

Twee van de drie mensen van wie ik weet dat zij maar liefst twee exemplaren hebben gekocht van mijn debuut heb ik ontmoet. Een van hen is op haar beurt weer model voor een romanfiguur trouwens. Nee, ik zeg niets verder. Leuk, zo'n literair landschap. Misschien wel wat benauwd en klein.

De derde ken ik niet, en dat wil ik wel zo houden. Hij heeft ook het laatste nummer van De AS warm aanbevolen - het gaat over de bezetting, dus ik zou niet weten of het nummer deze aanbeveling nodig had. Ik weet ook niet of een van die twee exemplaren van Jullie deugen niet! besproken is op een zaterdagochtend. Ik luister al vele jaren niet meer naar de Nederlandse radio. Zelfs niet naar Martin Ros.

Met een tijdje Met het oog op morgen in de Fortuijncrisistijd heb ik het wel weer gehad verder. Dit is het vlaggeschip van het geheel, geloof ik. Het heeft mij niet nieuwsgierig gemaakt naar de rest. En nu wil Radio 1, zo heet wat een beschaafd mens Hilversum 1 zal blijven noemen tegenwoordig geloof ik, een jong publiek aanboren. Dat is ongetwijfeld beter voor de reclame.
Ros had moeten weten waar hij zat. Hij kan vast wel aanschuiven bij de verzamelbak die de Concertzender zo nodig van de kabel moest jagen.
Komaan, aan het werk maar weer.

29 november, 2007

Waar is het point de (non) retour?


In dit filmpje zit een scène die mij er als enige van bijgebleven is, zozeer dat ik de hoes van het plaatje van de gezusters Humpe (dat ik heb) met speelkaarten en al, niet eens meer begreep.
Een fantasie van wraak of van sado-masochisme. een beeje opwindend. Daar moet het dan maar bij blijven. Een machteloos persoon het gevoel bezorgen dat hij of zij spoedig zal verdrinken is een marteling, tout court. Het is veelbetekenend dat de illustratie van het Wikipedia-artikel - waar men zich onledig houdt met sofistische discussies a la estadounidense - uit voormalig volksparadijs Kampuchea komt.

In de verfilming van de muiterij op de Bounty komt een kielhaalpartij in beeld. De schepeling die zich wilde beschermen tegen schaafwonden en op deze wijze voorbeeldig gestraft werd, overleefde het niet. De marteling is een van de bouwstenen voor de opstand. Of de watermarteling die de Verenigde Staten nu goedgekeurd hebben als niet-marteling dit ook zal blijken - het ziet er al met al nog niet naar uit.

Op MSNBC in het speciale commentaar van Keith Olbermann wordt waterboarding (nepverdrinking zou het Nederlandse woord zijn) als al dan niet-martelen als de zoveelste uiting van de verwording van het Bush-Cheneyregime gepresenteerd. De ambtenaar van Justitie die het zelf heeft ondergaan om vast te stellen of het marteling is (en dat was het) wordt als ware patriot gepresenteerd - en dat zal dan ook wel de reden zijn dat hij inmiddels ontslagen is.

Een getuigenis met betrekking tot Vietnam - aan de zijde van our son-of-a-bitch natuurlijk.

Bureaucratische verhandelingen over wat marteling is, wat detentie, wat weigering aan de grens inhoudt - is het een sluipende fascistische coup? En wanneer is het te laat? Naomi Wolf weet het niet - een saillant citaat:
Jews in America have hardwired into their DNA a sense of the distinction between those who got out before the borders closed and those who waited a moment too long.

Niet alleen daar natuurlijk, en het zit uiteraard niet in het DNA - wonderlijk, deze wijze van uitdrukking, maar het is duidelijk genoeg wat bedoeld wordt, en schokkend.

Jezus, Boeddha, heiligen en handel


De aanleiding tot het stuk, de massale zaligverklaring van 498 (vooral niet vijfhonderd, mensen!) zogeheten martelaren van de Spaanse Burgeroorlog, interesseert mij matig. Het valt mij wel op dat er zeventig jaar na de oorlog alsnog polarisatie is rond Franco en de oorlog, Het hele idee van pseudo-rationeel handelen rond heiligverklaringen in de kerk van Rome zegt al genoeg over de hele procedure - of liever: de procedure zegt genoeg over de procedure, als u begrijpt wat ik bedoel.
Soms kan men zich niet protestant genoeg voelen.

De opdracht van Christus is dat wij allen gehouden zijn tot heiligheid. Dat is moeilijk, zeer moeilijk - zeer, zeer weinigen halen het ook echt, maar het gaat dan ook om het streven. Om zogeheten martelaren - mensen die omwille van het geloof om het leven zijn gebracht - speciaal heilig te verklaren betekent hoe dan ook de verheerlijking van geweld, zoals Kurlansky terecht stelt in zijn recente boek over geweldloosheid.

Maar wat Gary Leupp hier over de achtergrond van het fenomeen heilige in de laat-antieke tijd schrijft is zeker opmerkelijk. Ik moet er bij zeggen dat ik het boek van Peter Brown nog moet lezen. Ik vraag mij af of er niet een godsdienstig of religieus substraat - zo noem ik het maar - was in de tweede eeuw en later, waarop de cultus van heiligen voort kon bouwen. En dit substraat hoefde niet van verre te komen. Maar het is een interessante, ook niet meer zo nieuwe gedachte, dat de aanwezgheid van boeddhisten in de Levant een rol gespeeld kan hebben - de Levant, eindpunt of deel van de handelsroute die ook wel zijderoute wordt genoemd, die loopt van Japan of China tot waar de drie continenten van de zogeheten Oude Wereld splitsen.

Over de heilige Josaphat, die eigenlijk de Boeddha is, heb ik al eerder geschreven. Louis Bähler achtte het niet onmogelijk dat omgekeerd de Boeddha de godsdienstige substraten van de Levant is binnengekomen en hier opnieuw verscheen als - Jezus van Nazareth. Interessant, speculatief, en voor een op de kansel staande dominee natuurlijk in zekere zin gevaarlijk, maar hierop is hij niet apart aangevallen. Het was ook maar een geponeerde inval.

Dat het monotheïsme en het religieus atheïsme, zoals het boeddhisme ook wel wordt aangeduid, misschien wel alles met handelsroutes te maken heeft is ook niet een nieuw idee, maar het blijft opmerkelijk. Het is een materialistische verklaring voor de Achsenzeit van Jaspers - met de zijde kwamen de gedachten, naar meer dan een kant. Het is ook redelijker deze materialistische verklaring te accepteren, omdat het tevens verklaart waarom de zogeheten Nieuwe Wereld erbuiten blijft - niet vanwege een heftige activiteit in de noösfeer boven de Afro-Euraziatische landmassa dus. Als het mazdeïsme inderdaad uit de tiende eeuw voor Christus dateert was het ook geografisch centraal op de handelsroute tussen Oost-Azië en Middellandse-Zeegebied. Enfin, de handelsroute die men nu de zijderoute noemt als de ware as van de (geestelijke) geschiedenis van de Oude Wereld - waarom niet?

28 november, 2007

Marks of weirdness, marks of woohoo


Vandaag is William Blake 250. Proficiat dan maar.
Voor die andere William - missing you...











LONDON

I wandered through each chartered street,
Near where the chartered Thames does flow,
A mark in every face I meet,
Marks of weakness, marks of woe.

In every cry of every man,
In every infant's cry of fear,
In every voice, in every ban,
The mind-forged manacles I hear:

How the chimney-sweeper's cry
Every blackening church appalls,
And the hapless soldier's sigh
Runs in blood down palace-walls.

But most, through midnight streets I hear
How the youthful harlot's curse
Blasts the new-born infant's tear,
And blights with plagues the marriage-hearse.

Tolerantie


Een van de eersten, zoniet de eerste, die op mijn weblog reageerden was (ik mag het toch wel doorgeven, hoop ik?) Maria Trepp, van het Leidse Passagenproject. Ik gaf nog wat tips, en op een gegeven ogenblik werd op haar site vermeld dat zij de steun had van De Fabel van de Illegaal en De Vrije. Stoutmoedig. En toen verdwenen deze vermeldingen weer. Mijn laatste mailwisseling met haar dateert van begin vorig jaar, zie ik.

Ik wil ook eigenlijk niet veel woorden besteden aan subsidie- en spampilconservatieven, al valt het soms misschien niet te vermijden.
En toen dit via de zoekmachine even aan de orde was vond ik als enige treffer waarop ik zocht met bepaalde termen - Maria Trepp, herrezen als Volkskrantblogger. Ik vergeet meteen waarnaar ik op zoek was.
Ze schrijft dat ze lid van GroenLinks is. Ik weet niet of dit al lang zo is en of het misschien het wegpoetsen van contacten met anarchisten op de site verklaart. (Haalt achter het toetsenbord schouders op - ach, GroenLinks...).

Het is een misbruikte term die eigenlijk iets anders en ingewikkelders aanduidt, maar toch is de eerste combinatie woorden die mij te binnen schiet denkend aan de Telegraaf voor de hogergeschoolde die de Volkskrant al jaren is: repressieve tolerantie. Tolerantie heeft als begrip altijd een lading van repressie, overigens, dus in feite is het een pleonasme (dat bedoelde Marcuse ook).

Maar uiteraard wens ik Maria Trepp en de andere Volkskrantbloggers de visite en het sukses dat ze ermee kunnen oogsten. Zolang het getolereerd wordt in dat uithoekje.

Fair go?

The Nation, bepaald niet een zogeheten marginaal of radicaal blad, bevestigt mij in mijn gebrek aan enthousiasme voor de wisseling van de wacht in Australië. Howard lite, dat gaat het worden, zoals Blair Thatcher lite was. Althans in het begin. Want tenslotte is Blair Thatcher zwaar geworden. Dus wie weet.
Het kan de economische conjunctuur zijn die Rudd bij de realiteit zal brengen, maar ook daarbij kan ik mij eigenlijk niets positiefs voorstellen.

27 november, 2007

Een lichte zucht van opluchting


Maxine McKew, de kandidate die op een haardikte, maar toch, de meest onsmakelijke vertegenwoordiger van De Nieuwe Wereldorde van zijn parlementszetel heeft verlost. Ik heb tot nu toe nog niet eens opgelucht durven zuchten, want we hebben al teveel Blair, Brown, Kok en Bos gezien om nog iets te verwachten van Rudd, de nieuwe premier van Australië. Als je nagaat, dat alle deelstaten van Australië al enige tijd een Laborpremier (in Australië spelt men het zo) hebben, dan kan de nederlaag van een partij die godbetert Liberal heet niet meer verrassend zijn. Maar ook niet veelbelovend.

Een staaltje van het racisme en de onsmakelijkheid van mijnheer Howard: hier en de reactie van Rudd.

Nou, vooruit dan: het kan eigenlijk alleen maar meevallen.

Gedachten over Palestina - 1


Hiernaast een weergave van mijn misschien wel spectaculairste radio-optreden - als Sam Cohen [Sem Kóhen] uit het verleden. De gepeperde woorden zijn authentieke citaten, behalve dan dat een ervan eigenlijk niet over Julie Covington gaat (excuses, Julie).
Theodor Herzls Jodenstaat ligt in het Nederlands in de ramsj. Nu is het perspectief weer anders, maar in de beginjaren van Israel was het moeilijk te bedenken dat het land van al die vrolijke horadansende pioniers in hun kibboetzim iets te maken hadden met dit rechtse warhoofd. Inmiddels is dat quasi-socialistische beeld van Israel in de Levantijnse zon weggebleekt. Israel is het toonbeeld bij uitstek van rechtse warhoofderij - althans de achtereenvolgende regeringen van de laatste dertig jaar - op zijn minst.

Toch - de beginjaren van de Joodse kolonisatie in Palestina waren meer gekleurd door de ideeën van anarchisten als Bernard Lazare en Gustav Landauer, en de als liberaal-socialist aangemerkte Franz Oppenheimer, dan met Herzl. Hannah Arendt schrijft zelfs dat de eerste kolonisten bezield waren door de ideeën van Tolstoj, de grote naam achter het christen-anarchisme - geweldloosheid, gelijkheid, samen delen, een mooi voorbeeld geven aan de plaatselijke bevolking. Religieus-anarchisme dus. Tegen het geweld en de gebureaucratiseerde moordlust in Europa was dit idealisme in de Levant tenslotte niet bestand.

26 november, 2007

Een zesde zintuig


In het algemeen reageer ik al verveeld bij het horen van het woord dolfijn, maar deze door Attenborough gepresenteerde video haalde mij over. Ze zijn zeer intelligent, inderdaad. De tekst spreekt voor zich, de beelden evenzeer.

(Ze zullen alleen niet zo blij opkijken bij de gebarentaalmakende donkerharige vrouw als ik deed. O ja, soortverschil.)

Gedachten over compassie

Drie woorden die op het eerste gezicht hetzelfde zouden kunnen betekenen: sympathie, medelijden en compassie. Alleen is het niet zo.
Aan Nederlandstaligen hoef je dit wat betreft sympathie niet eens uit te leggen. Iemand met wie je sympathie voelt is niet meelijwekkend, iemand die meelijwekkend is is zelden sympathiek. Eenvoudigweg omdat medelijden - waarschijnlijk een leenvertaling en indirect via het Hoogduits - een geïmpliceerde lichte neerbuigendheid meevoert. De medelijdende bevindt zich hoger op de ladder dan zijn of haar - als je object zegt, zegt dit al genoeg.

Het Frans met in zijn kielzog het Engels heeft nog pitié, afgeleid van pietas, een woord met vele lagen en dus betekenissen - van plichtsgetrouwheid tot vroomheid. In de apocrief geachte laatste woorden van Willem van Oranje (Mon Dieu, ayez pitié...) betekent het wel degelijk hetzelfde als compassion en aanverwante woorden. Erbarmen, om een ander woord uit de Luthervertaling te gebruiken. Maar de Aangeroepene wordt uiteraard als de hoogste gezien die dus op iedereen neerkijkt (in de eerste letterlijke betekenis waarschijnlijk).

Voor compassie is in het Nederlands de niche van de bijbehorende empathie bij het medeleven. Compassie impliceert het besef: dit had ik kunnen zijn, die daar staat te bedelen. In feite is compassie de basis van de vervloeking of de vrijspraak van Mattheüs 25:31-46: ik was die zieke, die vreemdeling, die naakte, die gevangene. Slechts door de genade Gods - zo kan men het uitdrukken - sta ik daar niet, in de rij bij het CWI, bij de voedselbank, met de straatkrant. Als ik het zo schrijf is al meteen duidelijk hoe moeilijk dit inlevende vermogen is - compassie en CWI? Je voelt meteen dat compassionate conservatism (conservatisme met compassie?) niet te organiseren is en dus bij voorbaat een leugen is. Merkwaardig maar waar; compassie kan alleen bij de ontmoeting met de ander voor wie het gevoel kan opkomen. Waarbij aangetekend dient te worden dat de verzorgingsstaat - u bent niet langer afhankelijk van liefdadigheid! - hiertoe heeft bijgedragen. Met de organisatie van staats-niet-liefdadigheid op eigen kosten van de welgedane, die natuurlijk niet zomaar recht blijkt te hebben op deze niet-liefdadigheid, is het inlevingsvermogen collectief weggepoetst. We maken het mee waar we bijstaan.

Hoe wil je het dan, kunt u vragen? Niet zo - is mijn antwoord voorlopig. Ik kan uitstekend vaststellen wat ik niet wil zonder te kunnen zeggen hoe het precies wel moet.
Ik ben benieuwd hoe men het Engelse woord compassion, een van de centrale termen in Christi-anarchy van Dave Andrews vertaald zou hebben. Het is er niet van gekomen, die vertaling. Christen-anarchisme, voor een samenleving met compassie? Bij Andrews heb ik geen concrete invulling ontwaard.

Moet ik dan echt alles alleen doen? Heb compassie!

(Mits voorzien van een behulpzame browser kunt u hier Hilaire Belloc's The servile state lezen - met treffende gedachten over hoe de staat de compassie wegorganiseert. Voor Peter Maurin in ieder geval een grondleggende tekst, waarvoor ik u op 19 januari 2006 nog naar de bibliotheek moest sturen - ik heb het zelf met stijgende opwinding gelezen in de Gladstone-bibliotheek te Hawarden in Cymru. Zou het internet echt kunnen dichtgroeien?).

24 november, 2007

Postuum gelijk voor de CPN


Nog maar eens -
A.Q. Khan werkte in de jaren zeventig onder professor Kistemaker, bij Fundamenteel Onderzoek der Materie en bij Urenco. Op zeker ogenblik blijkt India de bom te hebben en verdwijnt Khan uit Nederland. Wikipedia heeft een uitgebreid, geïnformeerd en betrouwbaar overkomend verhaal hierover.

In Nederland werd wel degelijk de know-how ontwikkeld om de bom te maken, waarschijnlijk op Europese schaal, in ieder geval samen met West-Duitsland waarmee aan het ultracentrifugeproject gewerkt. Als op Hirosjimadag de BBC een documentaire over de bom uitzendt en namen over het scherm laat rollen van landen die naar de bom gestreefd hebben, en de namen van West-Duitsland en Nederland duiken op - dan kun je combineren en deduceren nietwaar? Vooral als Lubbers zelf zegt dat hij Khan had willen laten vervolgen, maar dat de CIA er een stokje voor stak.

Nederland heeft Pakistan - ongewild, maar toch - aan de kennis voor de bom geholpen, met medeweten en vooral hulp van de Verenigde Staten.
Over het gebouw van FOM liepen en lopen een aantal broodje-aapverhalen. In de sloten om het gebouw zouden kikkers met allerlei misvormingen aangetroffen zijn - tot een jaar of tien, vijftien geleden bevond het gebouw zich in een landelijke omgeving - en kikkers zullen er nog steeds rondzwemmen. Maar waarom kikkers, en niet bijvoorbeeld tweekoppige stekeltjes of watertorren met twaalf poten, of andere misvormingen door in de sloot gedumpt kernafval? Waarbij natuurlijk altijd de vraag gesteld dient te worden: hoe komt het dat er nog koeien grazen in de polder hier? (Ik spreek nu van de dagen toen Khan er werkte). Ik ben zo vrij deze verhalen inderdaad broodjes aap te noemen, omdat het lozen op open oppervlaktewater vlakbij het instituut nou wel erg onslim zou zijn van de onderzoekers - niet dat ik ze verder vertrouw - en kikkers zijn tamelijk gemakkelijk vatbaar voor misvormingen die evenwel niet veel goeds beloven.

Nederland aspirant kernbommenland... Kistemaker a-bommaker was de leuze van de CPN die hierin geheel alleen stond. Maar ook de CPN kon wel eens gelijk hebben, eenzaam en wel. Kistemaker was de hoogleraar onder wiens hoede Khan werkte voordat hij de benen nam met zijn kopieën. Ook al denkt Gordon Prather dat hij onbelangrijk is, naar ik begrijp, Khan wordt toch wel vaak als de man achter de Pakistaanse bom genoemd.

Hoe het ook zij, Urenco is ook leverancier van zogeheten verarmd uranium. Geen wonder dat Nederland een van de zes frisse vrolijke landen is die niets willen doen aan een verdrag tegen het gebruik van verarmd uranium - u weet zeker twee andere landen zo al te noemen, nietwaar?

Transcript van de uitzending van Democracy Now waar Prather tegenin gaat (of is hij ironisch?). Ik heb de uitzending niet gehoord. Moeilijke naam, hoor, Zbigniew Brzeziński, ik moet er niet aan denken hoe die uitgesproken is hier. En bij nader inzien zal Prather dit ook wel niet te lezen krijgen. Pech voor hem.

Dansen met RG de 50-quidman


...het bloed kruipt waar het niet kan gaan. Ik heb sinds juli niet meer gedeejayd, het ging praktisch gesproken wel - groeven zoeken in het donker als je dubbel ziet is moeilijk maar niet ondoenlijk. Maar onze vaste club staat in de etalage, en de gastheer hoort liever techno of zoiets. Tisjammer.

Twee Northern classics. Wel een beetje een statisch filmpje, de eerste, maar daar gaat het ook niet om.
Tenslotte is de televisie een kapotte radio, niet meer.
Moody woman, Jerry Butler.



Een dynamischer filmpje. Deze heb ik als cheapie gevonden bij een zaak in Haarlem die er een eer in stelde het in voorraad te houden, vanwege de groepsnaam. Maar nu is het op.
Tja - jammer dan. The Voices of East Harlem, Cashing in.

23 november, 2007

In de woestijn een drukte van belang


De Vineyard Saker vliegt weer, en met een analyse van de Russische politieke situatie van een niveau dat zo node gemist wordt in de commerciële media bewijst hij meteen zijn kunnen.

Hij beschrijft Rusland als zijnde sinds de zogenaamde Oktoberrevolutie, of sinds de dood van de ideoloog Lenin, een thugocracy, een vertaling van ochlokrateia wat elders meestal als mobocracy wordt weergegeven, en waarvoor Lucas van der Land in het Nederlands het aardige ploertocratie had gevonden. Een ploertocratie die gewoon doorgegaan is, al is er wel het een en ander veranderd aan de top, vooral bij de geheime diensten. Ze hebben hun zaakjes beter op een rij dan de top in Washington, maar dat was langzamerhand al duidelijk. Lezen!

Ik was natuurlijk niet de enige, maar heb hem wel mede effectief vermaand zich niet uit het veld te laten slaan door rare acties van Antiwar.com, dat momenteel moeite heeft zijn doel te halen met de kwartaalcollecte. De crisis, waar men daar nog niet in mag geloven, zal er niet vreemd aan zijn. (Counterpunch heeft het ook nog moeilijk op het ogenblik. Wie niet.)

En ook Arthur Silber gaat er weer stevig tegenaan met een beschouwing over het racisme dat ten grondslag ligt aan de Verenigde Staten van Amerika..
Vrienden, als we roependen in de woestijn zijn moet deze langzamerhand toch wel sterk weergalmen.

22 november, 2007

De jarige blijft weg van zijn verjaardag


Bij de laatste Kamerverkiezingen was ik - meen ik - vice-voorzitter van een stembureau (mogen jullie anarchisten wel stemmen? jazeker, wij zijn niet van een Linkse Kerk waar we ons aan moeten houden, is mijn antwoord - je moet altijd uitleggen dat je een groter verantwoordelijkheidsgevoel voor de samenleving hebt dan de gemiddelde zogeheten burger, inclusief wat ik de poseurs noem die voor anarchist doorgaan).
Ik moet zeggen dat de herinnering aan mijn functie die dag een beetje weggespoeld is door hoe de dag eindigde.
Ik doel dan niet op de uitslag, want die is de laatste jaren toch steeds opzienbarend.

Na het uitreiken, registreren en tellen, weer ouderwets van de bekende vellen, waren mijn ogen moe en branderig. Ik weet het nog aan een misschien wel verkeeerd leesbrilletje. In plaats van duizelig te worden kon ik daardoorheen plotseling wel voor mij uitkijken Temperatuurwisselingen leidden tot een tranenvloed.

Met spijt denkt hij terug aan het ogenblik waarop het verstrijken van zijn houdbaarheidsdatum duidelijk werd. Een jonge vrouw die ik heel leuk vond om te zien - stelde ik spijtig vast - hield mij uitgebreid in de gaten in de trein. Ik wist dat zij zat te kijken omdat mijn tranen bleven komen, wat er wonderlijk uitgezien zal hebben. Zij toonde zich met haar gefixeerde blik bezorgd. Als de meisjes zich zorgen over je maken in plaats van geïnteresseerd te kijken, heb je het gehad - waar het keerpunt heeft gelegen weet ik niet precies. Who calls that living if no gal will give in to no man what is nine-hundred years. Je hoeft er geen 900 voor te zijn.

Maar de toestand na de telling op 22 november 2006 was ernstiger dan tranen zonder wenen. Ik zag de wereld dubbel. Koplampen van auto's doemden in viervoud op en het was moeilijk te schatten welke de echte waren. De wereld was zeer bedreigend geworden. Maar het was laat op de avond, ik kon het toeschrijven aan vermoeidheid en - een opticien wreef mij dit in - een slecht leesbrilletje.

Na het voltooien van het project waaraan ik werkte in die dagen verwachtte ik dat het probleem, dat zich meestal op het eind van de middag aandiende, over zou gaan: geen vermoeidheid meer door snel wisselende punten waarop ik mijn blik richtte, geen tochtige perrons meer gevolgd door een te warme trein. Maar in plaats van beter werd de toestand erger, het tijdstip waarop het dubbelzien zich aandiende kwam steeds vroeger in de middag.

De afspraak met de oogarts die ik inmiddels had kon ik met enkele weken vervroegen. Tot mijn ontsteltenis eindigde het bezoek op een brancard. Met een bovendruk van 215 meende men te begrijpen waar het dubbelzien vandaankwam. Vragen hoe ik aan zo'n bloeddruk kwam werden weggewoven: dat is bijna nooit bekend, het gaat er nu om de bloeddruk omlaag te krijgen. Hoewel het dubbelzien zeker een stressfactor was vond ik het gebrek aan verdere verklaring voor de exorbitante meetwaarden zwak.

De oogheelkundigen hadden daar bij de volgende visite een nieuw idee over: myasthenia gravis pseudoparalytica, een tamelijk zeldzame spierziekte die op de ogen kan werken. De oorzaak ligt meestal bij een op hol geslagen zwezerik, of een gezwel in die klier. Snel werd er een scan van dit onderdeel gemaakt, waarbij een contrastvloeistof werd ingespoten die gebaseerd was op jodium.

De uitslag van de scan was negatief. De medicijnen tegen myasthenia hadden geen resultaat. Ik vond ook de procedure op grond waarvan men de diagnose voor zeker hield nogal mager: statistisch gesproken leek het nergens op. "Wij kijken daar anders tegenaan."

De liefste had al omstreeks mijn eerste bezoek aan de polikliniek door speurwerk op het internet vastgesteld dat ik wel eens de ziekte van Graves kon hebben. Rode plek op scheenbeen, rammelhonger na de maaltijd, hoge bloeddruk, dubbelzien - alleen waren de foto's die bij de stukjes hierover op het net staan nogal alarmerend: ik had geen uitpuilende ogen en die rode plek, die ik sinds het uitbreken in augustus mijn Balkenendebeen noemde, was ook weer niet zo opzienbarend. De interniste wilde er niet eens naar kijken. Maar die was wel ontpippeld over de thymusscan - deze verergerde de symptomen van wat toch een te hard werkende schildklier leek. Ontwikkelde voordien het dubbelzien zich in de loop van de dag, nu begon het vrijwel na het opstaan al.

Toen kwam mijn particulier Hirosjima op 6 augustus. Het eerste telefoontje dat ik kreeg toen ik in het park ontbeet na de slok was het aanbod van een projectachtige klus, meteen te beginnen. Net het verkeerde ogenblik.

Het dubbelzien werd intussen officieel nog steeds als behorende bij de niet te genezen spierziekte beschouwd, ook al werkten de medicijnen - ook in verzwaarde hoeveelheid - niet. "Gelukkig" evenwel begonnen inmiddels mijn ogen wel wat op te bollen, en bij de volgende visite aan Oogheelkunde was men er inmiddels van overtuigd dat het toch wel eens Graves zou kunnen zijn. De therapie hiertegen: de Slok. Die had ik al achter de rug, al merkte ik na een kleine twee maanden weinig tot geen resultaat. Al blijkt ieder klein of groot ongemak dat je kunt constateren, en dat je niet met een ander ongemak in verband brengt, er toch aan te wijten. Hormonen zijn wonderlijke - vloeistoffen? -, zeker als ze op hol slaan.

Het surrealisme van het dubbele zicht begon op zijn manier te wennen. Zou ik er ooit vanaf komen? Tweeëneenhalve maand na de slok zou deze wel eens kunnen gaan werken, en soms duurt het een half jaar, werd mij fijntjes verteld.

Het was tien weken na de slok. Onbekommerd zak ik met een vriend ouderwets door, wel geraakt door het bokbier, maar in de wetenschap dat ik er niet dik van word. De volgende dag moet ik een gaatje minder kiezen bij mijn broekriem - een voorgestanst gaatje, niet het zelfaangebrachte. Het zit strak.

Vreemd dat gewichtstoename zo sprongsgewijze gaat. Het was eensklaps gedaan met onbeperkt eten en met de honger na de maaltijd. Ook wat inname van bok- en andere bieren, die als geneesmiddel leken te werken (consumptie leidde tot enkelzien, soms) was de grens bereikt.

Bij de interniste op de weegschaal bleek ik een schokkende acht kilo aangegroeid. De schildklier werkte inmiddels te traag, dus moesten daar weer medicijnen tegen voorgeschreven. Op stel en sprong moest ik naar het AMC, waar ze beter raad wisten met Graves - want dat was het nu officieel. De operatie "die laten we niet aan de periferie over" zei de specialist daar niet geheel logisch over - werd omstreeks februari gepland. Indien nodig. Een groep studenten werd in wat krom Engels (waarom? now yes, let but sit) verteld over een interessant en zeldzaam symptoom, dat ik even mocht laten zien: een myxoedeem, zoals de plek op mijn scheenbeen nu plotseling heette.

Tenslotte loop ik toch even leeg tegen de arts-assistente van het AMC, die het uiteraard niet kan helpen. Over de merkwaardige besluitvorming die steeds voorafgaat aan een diagnose. Ik heb mij zelden zozeer politicoloog gevoeld en er zo als professioneel toeschouwer tegenaangekeken. En dat nog wel terwijl het over mijn eigen gezondheid gaat. Wordt mijn blik gescherpt door het bijhouden van dit weblog, dat mij de kans geeft mijn vak uit te oefenen?
Wat kan het meisje terugzeggen? Mijn boosheid zakt ook wel weer. Want de diagnose is steeds verkeerd gesteld, maar de therapie - hoe zwaar ook - is tenslotte wel juist geweest, al twijfelde de interniste daar nu weer openlijk over.

Vandaag vier ik de verjaardag van het dubbelzien. Alleen laat - tot mijn verrassing - de jarige verstek gaan. Zonder bril met plakkertje kan ik de straat nog niet op, maar achter het beeldscherm kan ik hem beter niet meer dragen. De ziekte loopt achterwaarts weg, lijkt het wel. Nog even, en ik kan de wereld weer aan. Hoop ik. Alleen moet ik als het even tegenzit de rest van mijn leven schildklierhormoon slikken. Het geweld tegen de klier heeft zijn prijs.

(Op de foto bekende Graveslijder Marty Feldman. Je zult je komische voorkomen maar aan een zeldzame ziekte te danken hebben. Nee, gelukkig heb ik deze opbolling niet, dank u - eigenlijk is de lichte bolling ook over bij mij. Mijn medeleven met alle lotgenoten verder.)

Het meisje van hiernaast (en de jongen)


Ik ken en heb veel versies van The long black veil, van het origineel van Lefty Frizzelll tot Marsha Hunt (versies van vrouwen, zoals ook Sally Timms en Joan Baez, maken het nummer nog vreemder) - deze plastische clip en de versie van The Chieftains kende ik niet voor ik ze vond en hier plaatste. De beelden maken het lied tegelijk zwaarder en lichter - ik heb mij wel eens in de armen van een meisje als in de film bevonden zonder mij erom te bekommeren wie haar man was. Als ze die al had. En natuurlijk lach je daar beiden bij.
Ik wil maar zeggen: heel gewone mensen die een ongewoon lot treft in een ongewoon lied.
O ja, weg met de doodstraf, natuurlijk.

Proeve van dichterlijke vermaning


Toch maar niet gegaan, en in stede van duister en kilte te trotseren in huiselijke kring een goed glas wijn voor minvermogenden tot mij genomen - een avond over het om zich heen grijpende fenomeen van epische poëzij in Nederland missende.

Is het een bij dit land passende soort poëzie? Indachtig de Overwintering op Nova Zembla, bekende lofzangen op Piet Hein en De Ruyter, die de lafhartige aanval van Elsschot toch maar mooi overleefd hebben, zoude ik zeggen: ja. Maar wat Elsschot niet vermocht, is dat niet volbracht door tientallen jaren christen-sociaal-democratisch heilsbeleid met navenante resultaten in het onderwijs? Of, met andere woorden: weet u als jongere lezeres waar ik het over heb?

Geen nood - wellicht kent u van drs. P Veerpont, Dodenrit of misschien zelfs Markt - het enige (epische) lied mij bekend waarin volkomen vanzelfsprekend een militaire staatsgreep plaatsvindt in Nederland. Fijnzinnige gedichten, zoals het betaamt bedoeld voor een groot publiek, en gelijk de zangen van Homerus - eh, bedoeld om te zingen - maar ook droog te declameren.

Als ook hierbij uw blik op blanco schiet zal ik even helpen met een enkel verhelderend citaat.

Epiek is voor bij het haardvuur of de barbecue, er moet wel iets knetteren in de omgeving. Epiek dient gedeclameerd te worden, niet voorgelezen, zoals dit wel kan met gevoelige vaerzen in terzinen geschreven met een in eigen hartebloed gedoopte pen. Rijm, liefst volgens a-a-b-b-schema, graag ook stafrijm en assonantie, dit alles om het memoriseren te vergemakkelijken - want in een cultuur van rijksvoorgeschreven collectieve Alzheimer is onthouden niet aan eenieder gegeven.

We rijden met de troika door het eindeloze woud
Het vriest een graad of dertig, het is winter en vrij koud


Dit is van homerische hoogte. U denkt: dertig graden vorst, bibber - maar u onthoudt pas goed dat het koud is, als het er ter verduidelijking bij gezegd wordt. Het kan altijd nog kouder, en bovendien rijmt het.

De paardehoeven knersen in de pasgevallen sneeuw
't Is avond in Siberië en nergens is een leeuw


De rijmdwang dwingt tot onorthodoxe ingrepen. Op sneeuw rijmt niet zo veel, maar de tijdelijk geruststellende mededeling dat zich in dit landschap geen leeuwen ophouden kan er royaal vanaf. U begrijpt, in een episch declamatiegedicht hoort alles op zijn plaats te vallen en volgens een strikt rijm- en metrumschema te verlopen. En het is ook goed om de later in het gedicht plaatsgrijpende ramp aan te kondigen door duidelijk te maken wat er in ieder geval niet gaat gebeuren. U wordt niet opgegeten door leeuwen.
Er is ook geen plaats voor lyrische uitstapjes in ons episch poeem. Omsk is een mooie stad, zeker, maar net iets te ver weg - de chute in het onderhavige gedicht is wat ik naar een lied op het grensvlak van epiek en lyriek het Long black veil-perspectief noem - de ikfiguur in het gedicht overlijdt in de loop van het gedicht zelf en spreekt ons derhalve vanuit de Andere Wereld toe. Net als bij Homerus en andere barden spreekt het spook altijd mee in epiek. Het is de toegestane quasi-lyrische toegeving die ons bij de les houdt dat die andere wereld er is.

Een kameraad nam mij eens terzijde om te vragen wat ik vond van zijn poëtische proeven. Hij las persoonlijk aan mij voor uit eigen aantekeningen.

Het volk zal zeker in opstand komen
tegen energie al uit atomen


herinner ik mij hiervan nog. Als de Nederlander aan het rijmen slaat blijken voegwoorden als al en toch onmisbaar als stoplap ter redding van een metrum. Vooral dat arme toch wordt afgebeuld, alsof het eigenlijk geen betekenis die het vermelden waard is heeft. Daarnaast wordt de Nederlander die niet gewend is zich schriftelijk uit te drukken, en, het spijt mij dit te moeten zeggen, maar het is niet anders, dit zijn verreweg de meesten, in geschrifte plots statig met woorden die hij of zij nooit gebruikt in spreektaal. Het relativum welke bijvoorbeeld: Edoch, de tijd welke u besteedt teneinde dit doel te bereiken wordt ietwat bekort door de muziek welke verzorgd wordt door onze dorpsgenoten, het Trio Wientjens & Janssen. De opbrengst van deze bonte avond gaat naar UNICEF en wordt u verzocht de toegangsprijs welke vijftien euro bedraagt contant aan de kassa te voldoen (een tantebetje hoort er ook altijd bij).
U voelt 'm, het loopt tenslotte ook tegen Sinterklaas.

Ik brak het hart van de genoemde kameraad reeds aan het begin van zijn declamatie door op te merken dat volgens mij alle gebruikte energie aan atomen ontleend wordt. Ik wist heus wel wat hij bedoelde, wierp hij tegen. Tja, bedoelingen, daar komen we niet ver mee bij epiek.

Het Sinterklaasgedicht bevindt zich op het grensvlak van lyriek en epiek. Er moet gevoel uit spreken maar er dienen ook actuele zaken aan de orde gesteld te worden - en op een wijze die de mensen tot tranen roert (zoals Odysseus bij de Phaiaken in snikken uitbarst als hij over zichzelf hoort zingen). Bij wijze van proeve van zeitgemäss en toch aardig en oud-vaderlandsch presenteer ik hier mijn actuele

BIJ EEN PAKJE

Mijn naam is Piet-Hein
Mijn roem is groot, mijn naam is klein
Zoals mijn opa ben ik minister
van 't CDA, dus niet sinister

Al geniet ik grote faam
Ik heb gedonder met mijn achternaam
Die blijft zo Duits, er rijmt niets op
Jongens jongens dat is me een strop

De roem van mijn opa die klinkt nog na
Van Rottumeroog tot Altena
Hij was ook professor en dus niet zot
Schreef een Handboek Staatsrecht met Van der Pot

Mijn pa was ook tamelijk geniaal
Op 't ministerie was hij secretaris-generaal
Dat bleef hij lang en daarmee uit
Voor hem was een minister maar een schavuit

Niemand keek op al na mijn val
Dat ik terugkwam al met al
Wel op een ander departement
Dat schreeuwt om hervormingen zonder temperament

Ik wapper met wetten dat zit me in 't bloed
Wetgeving doet mensen toch altijd goed
En al zit geen mens op mij als minister te wachten
Wetten zal ik maken bij karrevrachten

Bijvoorbeeld op 't punt van het ontslag
Geen vraag "wie ben ik dat ik dit mag"
Ik heb mijn familie en daarna
Ben ik ook nog onmisbaar voor 't CDA

Dus op deze avond na mijn zoveelst debakel
Ligt hier een pakje voor mij, niet akel-
ig, maar donnerwetter
Het is zowaar een chocoladeletter.

21 november, 2007

Een ware schatkamer


Mooi, maar ook een beetje ontmoedigend, om te zien hoeveel Nederlandse literatuur van de afgelopen eeuw - en daarvoor - er op het net wordt gezet. Waarbij ook allerlei binnen het ruime interesseveld van deze site, zal ik maar zeggen.

Uit de schatkamers van DBNL:

Nico van Suchtelen, Quia absurdum, sleutelroman over de kolonies van de vorige eeuwwisseling.

Onovertroffen, en blijkbaar moest een liberaal met saintsimonistische inslag dit doen, omdat socialisten dit niet sine ira et studio hadden kunnen samenstellen:

H.P.G. Quack, De socialisten. De laatste herdruk is dertig jaar oud, wellicht was het ook echt de laatste.
Overigens zijn beide titels gemakkelijk antiquarisch te vinden in allerlei drukken.

Anarchist met blijvend-religieuze inslag Bart de Ligt geldt als de grondlegger van de polemologie, een vak dat de preventieve contrarevolutie niet heeft overleefd in Nederland. De Ligt heeft het niet als academische specialisatie meegemaakt. In Nederland is de basistekst voor deze kortstondige discipline B.V.A. Röling, Polemologie, waarmee het vak definitief is bijgezet.

Voor het Jaarboek Anarchisme en wie weet waarvoor nog heb ik Albert Helman ooit gevraagd of ik hem kon interviewen of anders schriftelijk vragen mocht stellen. Zijn uitgever zei dat hij dat vast wel graag wilde doen. Toen ik de poging waagde, vernam ik dat hij een oogoperatie had ondergaan, en ik hoorde niets meer. En toen overleed hij in zijn slaap en kon ik alleen nog nabeschouwen. Gemiste kans.

Het verhaal van zijn wederwaardigheden als correspondent in Spanje ten tijde van de Burgeroorlog, inclusief zijn uitstapje als cenetista, De sfinx van Spanje staat op het net. Met een ontmoedigende hoeveelheid andere boeken van Nederlands meest anarchistische schrijver en net zo gemakkelijk oud-minister, inclusief zijn moeilijk te vinden vroegste werk - dus dat is een daad van cultureel belang, zeker, ik noem het ontmoedigend omdat de kans dat het ooit nog in druk verschijnt hierdoor alleen maar kleiner lijkt geworden. Zoekt u zelf even zijn andere titels?!

Arthur Lehning, Neerlands meest herdrukte anarchist, is vertegenwoordigd met het antiquarisch gemakkelijk te vinden Marsman, de vriend van mijn jeugd.

Van Anton Pannekoek is opmerkelijk genoeg Lenin als filosoof aanwezig. Het meeste van zijn werk is in andere talen op het net te vinden, en zoals ik eerder signaleerde, Anthropogenese in het Nederlands.

In gesprek met de anderen, en bij wijze van toetje:

Het nationaal-socialisme als rancuneleer, Menno ter Braaks opmerkelijke diagnose. Van Oorschot moet daar nog veel exemplaren (eventueel in het Verzamelde Werk) van op de plank hebben.

En de te vroeg overleden eerste helft van het duo Heimans en Thijsse, van wie men zegt dat hem in de herinnering en geschiedschrijving (voorzover deze er is) tekort wordt gedaan. Zijn jeugdwerk en jeugdroman Willem Roda, op het net.

Nog steeds een wonder nodig


George Monbiot stelt wat vragen die eigenlijk retorisch zijn. En ook hij trapt in de valkuil over Ahmedinejad. De vorige Iraanse president werd verweten dat hij geen macht had hervormingen door te voeren en daarmee slechts een schertsfiguur te zijn. En Ahmedinejad zou plotseling machtig en gevaarlijk zijn? Meer dan een schertsfiguur is er ook in hem niet te zien.
En het is oud nieuws, de bom van Israel.
De ambities van Iran op dit punt moeten nog maar bewezen worden. Die van Israel staan vast.

20 november, 2007

Lezen in de bus


Wat bent u toch beschaafd en vriendelijk, miljoenen en miljoeninnen. Niemand die een eventuele frons in commentaar omzet als ik schrijf dat ik meer van het openbaar vervoer gebruik maak dan mij lief is. U heeft allen natuurlijk meteen door dat degene die een heel nieuw systeem van openbaar vevoer bedacht heeft voor Amsterdam die ritten naar de polikliniek liefst op de fiets zou maken en - als dat zou kunnen, och dan toch, dan zouden zij niet meer nodig zijn. Hoe attent van u.

In de tijd waarin ik lange ritten in de omgeving van Amsterdam aflegde in ochtend- en avondspits, altijd ervoor zorgend dat ik een zitplaats had, las ik wat af aan paperbacks over internationale zaken en theologie. Het omslag van het afgebeelde boek zag er in het jaar van verschijnen heel anders uit, dat kan ik u verzekeren. Op het omslag stond een afbeelding van een enorm reclamebord voor damesondergoed, waaronder een peleton van het Volksbevrijdingsleger stram marcheerde. Die dame in ondergoed maakte het wat moeiljk om zomaar in bus en sneltram te zitten. Kaften gaat mij ook te ver, dubbelvouwen is barbaars, dus het boek moest strategisch vastgehouden worden.

Toch word je er mee geconfronteerd hoe de werkende bevolking in de omgeving van Amsterdam, althans het deel dat gebruik maakt van het openbaar vervoer, in elkaar zit. Toen ik rondreed met dit boek met zijn toenmalige omslag streek er altijd wel een jonge vrouw, donker en met schuinstaande ogen, tegenover mij neer. Om de gêne nog groter te maken. Ik druk mij zo uit, omdat ik eigenlijk op het oog niet kan bepalen of iemand uit China, Korea, Japan of een ander (Zuid-)Oostaziatisch land komt. Als ik de betrokkene zou horen praten in eigen taal zou dit vermoedelijk wel helpen. Maar de bijna altijd in korte mantelpakjes gestoken schoonheden die tegenover mij gingen zitten zwegen uiteraard. Daar zat ik dan met mijn ondergoedomslag over de komende ondergang van China.

(Over het boek zelf nog even: inmiddels weten we dat de grootste zwakte van China thans zijn status van crediteurenland ten aanzien van de Verenigde Staten is, met de dollar dankzij het Bushregime in vrije val. China zit in de tang van die dollars, en de corruptie en armoede maken het nog steeds een wankel land. Maar dat bedoelde Chang niet, in 2001/2003).

Toen ik actief lid was van de Bezoekgroep Grenshospitium - diezelfde tijd - meldden zich een paar keer Japanse jonge vrouwen aan voor de groep. Zij waren vervuld van eerlijke verontwaardiging en enig schuldgevoel, dat het Nederlandse regime hen als ereblanken behandelde, en hun zusters en broeders uit China bij razzia's oppakte en opsloot, of bij voorbaat aanhield op het vliegveld. Deze opmerkeljke motivatie zei vooral iets over Nederland. in Zuid-Afrika waren Japanners ook ereblanken, en de nazi's moesten een praatje klaar hebben voor hun bondgenootschap met een donkergekleurd volk. Ik vroeg eens aan zo'n Japans meisje of zij op het uiterlijk iemand uit Japan kon onderscheiden van iemand uit China. Ja hoor, dat kon zij beslist. Ik heb niet gevraagd waar je op moet letten - of het meer is dan misschien de wijze van kleding - zoals je Engelsen of Fransen gemakkelijk kunt onderscheiden van Duitsers of Nederlanders. Haar fijnzinnig onderscheidingsvermogen ontging mij, waarmee ik uiteraard niet zeg: ze lijken allemaal op elkaar, want dat is niet zo en dat bedoel ik ook niet. En waarschijnlijk - ik heb niet doorgevraagd - letten "mijn" Japansen als vrouw ook op details ten aanzien van mantelpakjes en dergelijke, die mij ontgaan - ik weet niet meer dan dat ik het leuk vind staan.

Toen dit boek uit was had ik een boek over Nigeria, dat ook een onzekere toekomst tegemoet ging en gaat, onder handen. Uiteraard streken nu vaak zwarte vrouwen of soms mannen tegenover mij neer. Toch gaf dit een minder ongemakkelijk gevoel. In de eerste plaats omdat het omslag niet zo opzichtig was. In de tweede plaats, omdat de kans gering was dat degene die tegenover mij ging zitten uit Nigeria kwam. In dit geval - merk ik - werkt mijn maatschappelijk kompas wel. Toen dit boek werd afgelost door Zwijgen bij volle maan en Van horen zeggen kon ik bij de zwarte medepassagier aan de overkant soms een blijde glimlach ontwaren. Zelf lazen zij regelmatig stichtelijke boeken, of de bijbel zelf (nog wel eens de King James Version of de New International Version). Geen zweet....

Openbaar vervoer heeft in grote trekken een kleur en een geslacht. En een leeftijd, sinds Fortuijn die rare ov-studentenjaarkaart heeft bedacht (die hij ook weer niet van zichzelf had). Of leeftijden: ook de oudere zogeheten autochtoon zit in tram of bus, maar niet in de ochtendspits.

19 november, 2007

Dit zijt gij


Een bericht dat tot bescheidenheid en voorzichtigheid zou moeten vermanen. Maar de mensen die de Staat draaiende houden kennen deze deugden nu eenmaal niet.
Afghanistan is het op vier na minst ontwikkelde land ter wereld. Geen kunst om daar een oorlog van te winnen. Opmerkelijker om er een oorlog van te verliezen - maar een weinig ontwikkeld land kan al dat weinige op het spel zetten, het heeft weinig te verliezen. Het verzet tegen Britten en Russen is ook steeds effectief geweest, terwijl ook China zijn handen niet gebrand heeft aan dit gebied, evenmin als moderne versies van het Perzische Rijk.

Het land van Akbar en Roemi, ooit dus een baken van beschaving, en echt niet zo lang geleden, als hopeloos achtergebleven gewest. De landen die lager (of hoger) op de lijst staan, zijn Bourkina Faso, Niger, Mali en Sierra Leone. Bourkina Faso (Moso) en Mali waren in wat in Europese context de Middeleeuwen heten ook hoogontwikkelde landen. De universiteit van Timboektoe was befaamd in wat toen de ontwikkelde wereld was (althans, op de Afroeuraziatische landmassa).
Het kan verkeren.

De drie echt vervallen landen hebben verwoestijning ondergaan, en imperialistische aanvallen - slavenhandel, bezetting, een geheel dat ze tenslotte niet konden weerstaan.

Bezetting en slavenhandel zijn niet aan de orde. Verwoestijning en economische instorting wel.
Mutato nomine de te fabula narratur, o Londinium, o Washington!

18 november, 2007

Gescheiden geweldloosheid


Een bericht over een conferentie over geweldloos verzet tegen de apartheid in het land tussen Jordaan en Middellandse Zee, onder leiding van episcopaalse bisschop Ateek.

Toen ik er over las kwam het in mijn geheugen weggestopte bezoek aan Abouna Elias Chakour in Ibilin terug. Weggestopt omdat ik sceptisch was over de kansen van geweldloos verzet. Hij blijkt inmiddels aartsbisschop van de melkitische (geünieerde) kerk, in Haifa, en heeft een eigen universiteit opgericht. De tweede Midoosterse christen die ik ontmoet heb die inmmiddels aartsbisschop is geworden. De hoeveelheid gelovigen waaruit gekozen kan worden is ook niet zo groot meer.
De volgende vraag die bij mij opkomt: zijn deze bedienaren van het Woord, Ateek en Chakour, die geweldloosheid prediken, ook met elkaar in contact? Een dergelijke mate van oecumene moet men maar niet verwachten. Meer over Chakour.

17 november, 2007

Geen archimedisch punt gezocht


Letter en Geest van Trouw zowaar met een bijdrage die ik met genoegen gelezen heb - dat mag wel in de courant! Misschien komt het toch nog goed met die bijlage, langzamerhand? Ik ga er nog niets om verwedden.
Het stuk behelst een vertoog tegen CDA-Kamerleden die wat hadden over de noodzakelijke verankering van normen en waarden in religie. Zo'n stuk is het overslaan dus waard, niet de reactie erop, van August-Hans den Boef, onderzoeker bij de Hogeschool van Amsterdam (ik heb geen idee wat ik mij daarbij moet voorstellen, ik had het net zo lief niet geweten).

Twee punten die om kanttekeningen vragen:

- Seculieren beschikken, anders dan gelovigen, niet over heilige boeken waarmee elke argumentatie kan worden gedood. Natuurlijk lezen zij geboeid allerlei teksten uit de Verlichting, maar zij beschouwen Les Lumières, Die Aufklärung, The Enlightenment vooral als een continu debat van soms zeer tegengestelde antagonisten. [einde citaat 1]

Het lijkt mij een overschatting van de seculieren, maar wat het belangrijkste in dit verband is: de Verlichting is niet opgekomen uit een of ander archimedisch punt buiten de wereld waar cuius regio eius religio gold. De Verlichting is een gevolg van de aflossing van de Kerk als overkoepelend maatschappelijk stelsel door de staat - Verlichtingsdenkers zijn altijd ook denkers over de inrichting van de staat.

Het anachronistische dat in dit citaat verscholen is:

- Ongelovigen als ik menen op basis van wetenschappelijke, antropologische, sociologische en psychologische argumenten dat de mens zijn goden en religies, de symbolen en rituelen zelf heeft bedacht, zoals hij ook zijn heilige boeken zelf heeft geschreven. Maar dat die heilige teksten door God zijn geopenbaard, evenals de daaruit voortvloeiende sacrale handelingen, vormt voor gelovigen nu juist de essentie van hun levensbeschouwing. Daarover debatteren heeft dus weinig zin. [einde citaat 2].

Het is een merkwaardig misverstand dat de christenheid sinds de begindagen van haar bestaan gedacht heeft dat haar zogenaamde heilige boeken door God geopenbaard zijn. Ook dit merkwaardige idee is een vrucht van de Verlichting, maar dan als reactie, opgekomen in de Verenigde Staten in het begin van de negentiende eeuw.

In de Middeleeuwen herdacht men zonder problemen de Onnozele Kinderen op 28 december, toen Jozef en Maria al op de vlucht naar Egypte waren waar zij drie jaar bleven, en een handvol weken later vierde men dan de Opdracht van de Heer in de Tempel op 2 februari. In de Kerk van Rome gebeurt dit nog steeds. De verhalen komen nu eenmaal uit verschillende evangeliën. Er is niets ongerijmds aan dit ongerijmde. Bij de ene gelegenheid wordt het eerste scheppingsverhaal gelezen, bij een andere het tweede. De tegenstrijdigheden van de bijbel zijn juist de redding ervan.

Maar als er verwezen dient te worden naar boeken waarin inzichten over de wereld te lezen zijn - de heilige, nou vooruit, paradigmatische teksten van de Verlichting - pas dan komt het idee op van "van kaft tot kaft Gods woord" in plaats van een gecanoniseerde verzameling boeken die de zoektocht van mensen naar God verhalen. Dit zogeheten fundamentalisme is een kind van de Verlichting, het is niet andersom. Het is ook een misverstand van een te groot deel van de christenheid van de afgelopen paar eeuwen dat deze verzamaling boeken (dit betekent bijbel tenslotte) concurreert met The origin of species of zoiets.

Enfin, zoals ook het idee van concurrentie een voorbijgaand product is van de Verlichting. Het onmogelijke debat vindt juist plaats binnen de Verlichting. Voor een waarachig debat is geen archimedisch punt nodig, maar bescheidenheid en besef van de grenzen van kennis aan beide polen van het gewenste debat.

16 november, 2007

Eigen sufferds eerst


Als altijd opgestaan bij de klanken van The world today (ook voorzien van hinderlijk nieuw muziekje).
Niet ver hieronder verwijs ik naar de twee niet-fascistische presidentskandidaten in de VS. Ik denk dat ik bij deze diagnose blijf - zowel bij het fascisme als de genoemde kandidaten, van wie Paul mirabile dictu de Eugene McCarthy van nu is - van Gravel kunnen we ons afvragen of hij zijn eigen kandidatuur wel serieus neemt. Justin Raimondo zegt ook zoiets van Kucinich bij de Democraten, die wel degelijk een anti-oorlogskandidaat is, en John Edwards profileert zich inmiddels ook als zodanig. Edwards is de kandidaat voor de mainstream vakbeweging, maar laat die van oudsher in de VS nu juist oorlogsgezind zijn - werkgelegenheid weetjewel, en juist nu, nu het enige belangrijke industriële fabrikaat in de VS oorlogstuig is - hoe serieus is de anti-oorlogshouding van Edwards?
Paul dus - als ik mij zou mengen in de binnenlandse aangelegenheden van de VS zou ik misschien zelfs een logootje van hem voeren - hij is zo consequent pro-life als de Catholic Worker en dat valt te prijzen. (Punten genoeg waarop op zijn minst te fronsen valt wat betreft zijn standpunten, maar de man is authentiek, en dit wordt wel degelijk herkend door een groeiende schare ondersteunenden links en rechts).

Wat een aanloop tot iets nogal anders, al heeft natuurlijk alles met alles te maken. The world today had een itempje van niks over de echtgenote van Kucinich. Die is de helft van zijn leeftijd nu, steekt een kop boven hem uit en is - hihi haha - afkomstig uit Essex. Een Essex girl - domme blondjes in spijkerrokjes met plastic stilettonaaldhakken, u weet wel.
Het meisje zei dapper dat ze daar echt niet op kon lopen en vertelde - niet voor de eerste keer - dat het liefde op het eerste gezicht was, wederzijds. En als ze First Lady is mag het hele team van TWT langskomen. En ze is Tory en geen peace hippie, zoals The Times beweerde. Geen van beide een aanbeveling bij de Democraten, zou ik denken, hoewel - wat zegt Tory nog dezer dagen? Zonder dit onnozele item had ik mij niet hoeven afvragen of ik nu iemand met een vos om haar hals (denk het niet) op mijn site heb staan.

Maar ook dit is niet van belang voor wat ik eigenlijk wil zeggen.
Het is het gemak waarmee het discriminerende begrip Essex girl wordt gebruikt. Alsof iedere jonge vrouw uit dat graafschap dom, blond en nouveau riche is. Blond is mevrouw Kucinich om te beginnen al niet, en iets doms kan ik uit haar online cv nu ook niet opmaken.
Het is het gemak waarmee het discours waarbinnen discriminatie mogelijk is wordt aangegeven. Een nuchtere Fries. Een gezellige Brabander. Een bourgondische Limburger. Een aanpakkende Rotterdammer. Het gemak waarmee de partij die Milli Görüş in zijn midden aanvaardt intussen de SGP laat vervolgen. Eigen volk eerst. Eigen volk mag je discrimineren. Want het is eigen volk.
Het is zo gewoon, het is zo subtiel, het is zo geniepig.
En toch wel opmerkelijk dat het erdoorheen geglipt is op de BBC World Service, waar men terecht op zijn woorden moet passen want de hele wereld luistert mee. (En het presentatieteam is niet zo wit als dit item klonk...).

Bwian!

De naam Redford levert geen treffers op in de zoekmachine op mijn weblog - ik kan mij haast niet voorstellen dat ik het nog niet gesignaleerd heb - misschien op christianarchy.org al eerder dan.

Toch niet de Redford? Jazeker, James zelf!
Toen het christen-anarchisme-nummer van De AS verscheen besteedde Trouw hier uitgebreid en intelligent aandacht aan. Dat waren nog tijden... De redacteur die het besprak las een van mijn artikelen zo, dat hij concludeerde dat ik er van overtuigd was dat Jezus anarchist was. En in de context van het artikel werd dit als een liefdevolle aanbeveling gezien. Er is een hoop misgegaan na 1991 in deze streken.

Maar ik zou Jezus van Nazareth geen anarchist durven noemen - eenvoudigweg op ideengeschichtliche gronden. Het anarchisme komt op met de staat, en hoewel de overheid ook in die tijden het zwaard niet tevergeefs droeg, kon men ook het Romeinse Rijk niet een staat noemen, zeker niet eenentwintig eeuwen geleden. De staat is geleidelijk gegroeid - de lichamelijke beeldspraak is gevaarlijk maar ik ben toch geneigd te zeggen:als een kankergezwel dat langzamerhand de menselijke samenleving overwoekert. Het was een staatsvrouw die zo'n twintig jaar geleden sprak dat er niet zoiets is als een samenleving, en op haar manier had zij inmiddels gelijk.

Hoe kan dat dan, christen-anarchisme? Het is niet zo moeilijk, en in 1991 begreep men het nog bij Trouw: Christus' onderwijzingen volgen in het tijdperk van de staat betekent: anarchist zijn. Radicale afwijzing van geweld - de basis van de staat - en alles wat daarvan afgeleid is, betekent afwijzing van de staat. In 1991 was het blijkbaar niet nodig de insinuatie tegen te spreken dat anarchisten juist geweld nastreven tegen die o zo zachtmoedige staat. Toch leerzaam om even terug te blikken op die zestien jaar en te zien hoe de ideologische machinerie nu werkt. Het Nederlands Dagblad was een jaar of vier geleden nog in staat een begripvol stuk te besteden aan het christen-anarchisme, nu hun politieke richting volop meedoet in de regering zal dit ook afgelopen zijn. (Het is alleen nog bij mijzelf terug te vinden)

Ik ga nu niet in discussie met of over Redford, maar mijn historisch-wetenschappelijke bezwaar weet u.

(Tip: Alex Chr., avec mon remerciment).

15 november, 2007

Het zoude toch niet

...als Earl VanDyke op YouTube staat, dacht hij bij zijn eigen, dan zoude toch niet ook Darrell Banks daar te vinden zijn?
Het plaatje waarmede hij zijn (vermoedelijk) eenmalig optreden als gastdeejay bij de BBC begonnen was? Dat zoude toch niet kunnen..

Misgetast.
Hiervan biggelen echt de tranen over zijn wangen.


Open the door to your heart, Darrell Banks.

14 november, 2007

Dit alles voor jou


Totaal serendipisch kom ik er achter dat mijn nr. 21 aller tijden (nee, ik wist de notering zelf ook niet meer) dankzij YouTube ten gehore te brengen is.
Met portret van Earl VanDyke zelf in de reeks. Dit is meer dan genot...

Wat even vergeten moest zijn


Paxman liet zich gisteravond in de luren leggen door een woordvoerder van het Pakistaanse regime. Niet dat hij niet sceptisch was over de mogelijkheid tot vrije verkiezingen onder de staat van beleg, of hoe de toestand in Pakistan nu ook heet.

Ach, we hebben wel vaker verkiezingen gehad onder een noodtoestand, zei de Musharraf-man, tot twee keer toe, op onderwijzende toon. In 1971 bijvoorbeeld, toen de vader van Benazir Bhutto de verkiezingen won. (Vooral verzwijgen dat de man later is opgehangen namens een voorganger van Musharraf).

Maar de genoemde verkiezingen waren helemaal niet gewonnen door Bhutto. Ze waren gewonnen door de Awami Liga van Mujibur Rahman. Het militaire regime dat de vekiezingen had uitgeschreven - onder de noodtoestand, blijkbaar - weigerde diens overwinning te accepteren, om de eenvoudige reden dat de partij Oostpakistaans was, en dat uit dat gebied met zijn donkergekleurde mensen natuurlijk nooit een president van Pakistan zou kunnen komen.
Het streven van de Awami Liga was ook wel degelijk de afscheiding van het zo ver van wat het echte Pakistan werd geacht afgelegen Oost-Pakistan. Dit had vreedzaam geregeld kunnen worden onder een regering, geleid door een gekozen regeringsleider uit dat deel van het land. Het mocht niet, het leger hield huis in Oost-Pakistan en joeg miljoenen mensen op de vlucht - tot op het punt dat India, dat de vluchtelingen moest huisvesten, zonder plichtplegingen en eigenlijk zonder opvallend veel verzet van het gedemoraliseerde Pakistaanse leger Oost-Pakistan bezette, waar vervolgens het onafhankelijke Bangladesj werd uitgeroepen. We zijn dan een jaar verder dan de bedoelde verkiezingen, in december 1971.
Wat de Musharrafknuppel dus eigenlijk zei: we hebben ruime ervaring met verkiezingen waarvan we de uitslag niet respecteren en waarvan we degene die we tot overwinnaar verklaren ook net zo gemakkelijk ophangen.
"We" is natuurlijk het leger van (West-)Pakistan.

Meer verplicht vergeten: de Pakistaanse bom als geslaagd Nederlands exportproduct.
En de zakenrelatie tussen Blair, Rodham Clinton en Musharraf [bedankt voor tip, Joekel].

Dat dochter Bhutto er nog zin in heeft... In tegenstelling tot de Verenigde Staten (hoewel, de Kennedy's...) wordt voormalig Brits-Indië geregeerd door dynastieën waarvan gezegd kan worden: Uneasy lies the head...

Stop de persen: het christendom is Aziatisch


Is De Volkskrant nu zo dom, of worden de ontdekkingen van Tjalling Halbertsma in Mongolië weer eens flink opgeklopt?.
Dat Marco Polo over christenen in het Mongoolse RIjk schrijft - belijders van de Kerk van het Oosten, door Romecentristen graag Nestorianen genoemd - is toch al zo'n acht eeuwen niet geheel onbekend (al is het intellectuele peil van de Volkskrant langzamerhand moeilijk te onderschatten)?

De kwalijke ondertoon - maar ook weer niet verrassend - is, dat het christendom van "ons" is, ook al hebben we er een hekel aan (die kerkklokken op de zondagochtend, weg ermee - zo'n echt Volkskrantsentiment). Het christendom is Europees, en eigenlijk natuurlijk van Rome (tofelemoons blijft tofelemoons). Dan hoort het ten hoogste gebracht te zijn door witte Europeanen in landen als Soedan en China.
Dat vond die Portugese missionaris ook die in Ethiopië aankwam, zijn Portugese bagage natuurlijk meedragend met zijn argwaan tegen de novos cristãos: jullie kunnen geen christenen zijn want jullie eten geen varkensvlees. Christendom is Rome en varkensvlees. Op den duur werd hem de deur gewezen toen hij bleef doorzeuren over zijn varkensvlees.
Een betreurenswaardige misvatting, dat Europese christendom, laat ik het onderkoeld benaderen. Ik kom er op terug, uiteraard.

Verbazende cijfers

Twee van de vijf nieuwe banen die er in de Verenigde Staten bij zijn gekomen sinds 2001 zijn in de bouwsector. De meeste werkenden in deze sector zijn overigens zogeheten illegalen uit vooral Mexico. Nu deze tak van nijverheid tot stilstand komt - wat nu? Nog eens twee van de vijf van die nieuwe banen kwamen er bij in de consumptieve sfeer, speciaal in de restaurantsector. Waar Paul Craig Roberts, paleoconservatieve - zo zeg je dat tegenwoordig - criticus van het huidige regime, steeds op hamert: het gaat om niet-verhandelbare (niet te transporteren) goederen waar de groei in gezeten heeft in de Verenigde Staten. Drijfzand dus.

Mijn verstand kan er nauwelijks bij: de Britse centrale bank springt bij om de hypotheekbank Northern Rock te redden met een bedrag van veertig miljard pond, dus zestig miljard euro. Fijntjes wordt gezegd dat dit op nationalisatie neerkomt. Niet direct waar New Labour naar streefde. Moeten hiervoor de persen draaien of kan men reserves aanspreken? Het komt in laatste instantie toch op hetzelfde neer: een duizelingwekkende kredietverlening aan een niet-kredietwaardige bank.

De baas van de centrale bank van de VS dreigt nog dat de groei van de economie van de VS vertraagt. Groei? Vertraagt? In wat voor wereld leeft zo'n man?

Het verhaal van waanzin verteld door gekken.

13 november, 2007

Een crisis die niet onverwacht zal zijn


Aansluitend bij en voorafgaand aan het nieuws over de gestegen voedselprijzen in China: de prijs van tarwe is in een jaar verdubbeld, die van maïs met de helft gestegen en die van rijst met twintig procent (voor de meeste mensen in China het volksvoedsel bij uitstek, dus naar verhouding valt het daar nog mee,)
Getallen die geen verbazing wekken als men de dagelijkse levensmiddelenboodschappen in overweging neemt.
€2,60 voor een brood klinkt acceptabel. vooral als de euro langzamerhand gevoelsmatig gelijk is aan de gulden. Wat in het echt naturlijk niet zo is, en wat de meeste mensen nog steeds kunnen bedenken. Bijna zes gulden voor een brood?

Voor mijn allerlaatste tentamen had ik gelezen over het belang van voedselprijzen voor politieke stabiliteit - in het algemeen de prijs van het gangbare graan, wat in Nederland en het grootste deel van Europa tarwe is. Een graansoort die overigens nauwelijks meer in Nederland zelf wordt verbouwd. Toch ligt een broodoproer niet in het verschiet, in landen waar het dagelijkse voedsel een belangrijker deel van de persoonlijke begroting inhoudt is de kans hierop groter. Burma is een recent voorbeeld, wat er verder ook een rol word toegedicht bij de opstand.
Dit is ook de reden waarom China een wankele reus is, zeker zo wankel zoniet meer dan de Verenigde Staten waarmee het inmiddels door zijn enorme dollarreserves zo sterk verbonden is. Het Chinese regime drijft tegelijkertijd mensen van bouwland naar de steden om als proletariaat te dienen, en laat de voedselprijzen exploderen. Een beter recept voor opstand is tot nu toe niet gevonden.

Er zijn meer oorzaken van deze prijsstijgingen dan alleen de bio-energie die plotseling om graan vraagt, de reden die de mainstream media en de supermakten meestal alleen noemen - alsof het om iets goeds gaat, tegen het broeikaseffect. Het complexe geheel van oorzaken kondigt een crisis aan waarvan geen verstandig mens kan zeggen dat zij uit de lucht komt vallen. Maar misschien zijn er ook weer niet zo veel verstandige mensen, dezer dagen.

Gedachten op dinsdag


China is en blijft een reus op lemen voeten - een land waar honderden miljoenen op of onder de rand van het bestaansminimum leven en waar ontevredenheid slechts in gewelddadig protest geuit kan worden.
Ook hier de grote Oktoberinflatie.

En deze mensen zullen niet wegens de prijzen van varkensvlees ter dood veroordeeld zijn, maar wat zij wel gedaan hebben blijft in het vage.

Maar goed, Londen krijgt ook Olympische Spelen [is de samenstelling van het executieteam ooit bekendgemaakt?].

12 november, 2007

Nee zei de geit


Door De Kwaal afhankelijker van openbaar vervoer dan mij lief is vang ik nog wel eens wat op in het voorbijgaan, zonder het te willen.
Studentikoos type in de tram: "en toen ontvriesde ik dat stokbrood in de magnetron".
Een zin die tot allerlei nadenken stemt. Over die magnetron heb ik nog aan een marktonderzoek meegedaan. En de kwebbelende jongeman kende blijkbaar niet de verbuiging van het werkwoord vriezen - veel sterke werkwoorden hebben het moeilijk dezer dagen, vooral als het onderwijs gegeven wordt door leerkrachten die niet meer hoeven te weten dan hun leerlingen. Vriesde. Het heeft gevriesd. Ook toen ik het vertaalde klonk het onwennig: ontvroor? ontvroos? Nee. Het vergde enig nadenken tot ik bedacht: hij bedoelt ontdooien.
Ik ontvriesde het in de magnetron. Die wordt vast manager.
Het probleem met het werkwoord ontdooien is natuurlijk ook dat het niet logisch is, als je de gangbare, productieve betekenis van het voorvoegsel ont- als uitgangspunt neemt. Maar dit is het andere, minder algemene en niet-productieve ont- dat naar het begin van de handeling of een handeling als begin verwijst. Ontbijten. Onthalen. Ontvangen. Ontmoeten. O, dat laatste werkwoord...

Om redenen die mij volstrekt ontgaan denken theologen dat er diepte in etymologie verborgen zit. Jakob ontmoet God aan de Jabbok. Er heeft in die worsteling ook een ont-moeting plaats. Jakob wordt van zijn moeten ontslagen en krijgt een erenaam van God.
Me zole. Met dezelfde diepzinnigheid verklaar ik Jakob en Jabbok anagrammen van elkaar en verwijs ik naar de diepere identiteit tussen de rivier en de man, en vocht hij de hele nacht tegen zijn zelfmoordplannen. Houd mij tegen of ik ga het zelf nog geloven ook.

Als je etymologie zo leuk intuïtief benadert zou je je ook bewust kunnen zijn van de treffende overeenkomst tussen het Engelse meet en het -moeten van ontmoeten. Een moeten dat niets met het sterke werkwoord te maken heeft (de verleden tijd van ontmoeten is nu eenmaal niet: ontmoest, maar misschien kunnen ze daar dan iets aan doen op de zondagsschool?). Het moeten van ontmoeten hangt samen met de moet die ontstaat uit een ontmoeting tussen twee voorwerpen. En met tegemoet, en nog andere, minder gangbare woorden. En dus met het Engelse meet. Die diepe laag van de opheffing van wederzijdse verplichting, die het gevolg is van een ontmoeting, is uw eigen hersenspinsel.

Maar misschien moet je daar juist wel theoloog voor zijn.
Vergelijk ook de verbondenheid die uit het woord religie blijkt. Alleen: ook dat is een etymologisch bedenkseltje. Een lucus a non lucendo, zei men vroeger over zulke vondsten. Misschien is de Duizenddichter ten diepste wel een theoloog.

11 november, 2007

Uw dagelijkse mening voorgeprogrammeerd


De totstandkoming van het kabinet-Van Agt I heeft zo'n acht maanden geduurd. Dat kwam doordat het Den Uyl II had moeten zijn en het CDA-in-oprichting daar eigenlijk helemaal geen zin in had (wat weer vertaald is als: het PvdA-congres heb het gesaboteerd).
Acht maanden.
Ze hebben in België nog even de tijd.

Bij de rondgang door de pers online kom je dagelijks een redactiestelling tegen die in haar eendimensionaliteit een aardige weerspiegeling is van het verwachte gedachtengoed van de lezersschare.

Lastige moslims vierendelen, ophangen of een kernbom erop? - zoiets.

Dat een vraag misschien wel eens enige overdenking en afweging zou kunnen vergen in plaats van een reflexantwoord is niet in de overweging opgenomen. Vermoedelijk is de redactie zelf ook een tijd geleden al opgehouden na te denken.
In een reflex op een zogenaamde meerkeuzevraag van de Volkskrant over de Belgische formatie (uithuilen en opnieuw beginnen [doorgaan, interpreteerde ik]; land opheffen; nieuwe verkiezingen uitschrijven) antwoordde ik het kabinet-Van Agt I indachtig: kijk naar je eigen.
De meerderheid van de Volkskrantlezers wil Vlaanderen zo snel mogelijk annexeren, en gunt het arme Wallonië aan Frankrijk.
Laat het koningshuis dan koning van het Duitstalige gebied, zou ik zeggen, hebben ze wederzijds ook iets en ze zijn tenslotte Duits van huis uit.
Ik beloof u allen en mijzelf nooit meer aan die onzin mee te zullen doen.

Blokker heeft er de juiste diagnose over.
En hierom moet ik echt onbedaarlijk schateren, terwijl het juist zo serieus het enige juiste antwoord is:

„Is het toenemende drankgebruik onder jongeren door de overheid te stoppen?”, las ik bijvoorbeeld onlangs.
„Ja, daar vraagt u wat”, was ik geneigd te antwoorden, maar dat mag niet van de stellingbedenkers

Everybody's talking 'bout Norman Mailer

Het enige lied waarin hij genoemd wordt - maar het is er dan toch maar!
Ik zag deze video voor het eerst zojuist, en nu weet ik nog niet wat het slaginstrument is dat zo prominent aanwezig is. Te veel Hare Krishna in de tekst naar mijn smaak, achteraf.
De mooiste versie vond ik van begin af aan trouwens die van de Hot Chocolate Band, uitgebracht op Apple een paar maanden later dan het origineel.

Geen van beide versies had ik in januari 1991, maar ik had wel de versie van de Everly Brothers. Ik had deze opgezet en moest van mijn plaats in de studio - zodanig dat het nummer ophield en er een tijdje stilte viel, terwijl de naald in de laatste groef bleef draaien en niet het label raakte. Een mooie stilte, niet de bedoeling, maar sterk symbolisch en u als luisteraar mag nu pas weten dat het ongepland was. Het was de eerste zaterdag van de Nieuwe Wereldorde.

Maar goed, het gaat eigenlijk om Norman Mailer, niet? The white man unburdened.

10 november, 2007

Ten geleide van de Gekruisigde communist

Hieronder de tekst van een stuk voor Onvoltooid verleden van een jaar of drie, vier geleden. Technisch gesproken lijkt dit heel ver weg, omdat het nog geschreven is in WP onder DOS - niets zo aan slijtage onderhevig als het nieuwe en moderne. Ik heb het kunnen terughalen en geschikt voor publicatie op het net kunnen maken.

In de context van het blad waarin het verschenen is worden allerlei uitdrukkingen bekend verondersteld die ik voor deze ruime kring niet per se bekend zou mogen achten.

Een Blijde Wereld-dominee is een dominee die zich verbonden voelde met de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij. Dezen hadden zich georganiseerd in een verbond dat zich genoemd had naar het niet bepaald sociaal-democratische manifest van Frederik van Eeden, Een blijde wereld.
Dit zijn de zogeheten rooie dominees die besproken werden in het tijdschrijft, naar aanleiding waarvan ik dit verhaal geschreven heb. Ik heb altijd de indruk dat speciaal Herman Noordegraaf terugdeinst bij de gedachte aan anarchisten in of naast de Kerk. Aangezien die er waren, zoals ik schets, en hij dit ook wel weet, verbaast mij deze schroom. Rooie dominees zijn maar slappe thee vergeleken met de pittiger drank (excuses voor het beeld dat misverstanden kan oproepen - het zijn vrijwel allen strijdbare geheelonthouders) van de anarchistische predikanten.

Het woord communist was het grootste deel van de negentiende eeuw synoniem met socialist. De eerste christenen (Het volk van de Weg) leefden communistisch (Hand. 2:32), stelden de christen-anarchisten nog om de eeuwwisseling. Later werd communist nog ongeveer synoniem met kropotkiniaans anarchist en pas sinds 1917 werd het moeilijk voor niet-leninisten het woord voor zichzelf te handhaven. Enfin, het is niet de bedoeling dat u Christus gekruisigd als leninist ziet, wilde ik maar zeggen.

De Achtste Domela Nieuwenhuislezing, verneem ik van eindredacteur van De AS Hans Ramaer, gaat over anarchisten in domineesland (dagje uit, zeg dat wel). Het minste dat ik ter begeleiding kan doen is eindelijk dit artikel dotcommuniceren...

De gekruisigde communist van Galilea - anarchisten op de kansel in Nederland 1870-heden



Rood-zwarte dominees


Rooie dominees, betogen Paul Denekamp en Herman Noordegraaf in Onvoltooid verleden nr.16, zijn schaars en de toekomst van het fenomeen is onzeker. Rooie dominees zijn in hun verhaal verbonden met de S.D.A.P. en de voortzettingen of afsplitsingen ervan. Voor beide zijden was het schrikken: voor de sociaal-democraten, die godsdienst privézaak achtten, en voor de Kerk. Maar kiezen voor de sociaal-democratie was en is nu niet direct de radicaalste stap die een voorganger (v/m) kan zetten. Anarchistische dominees waren (en zijn?) voor beide instituties een veel grotere ergernis.

Er zijn drie niveaus waarop anarchistische voorgangers in de ruimste zin des woords te onderscheiden zijn. Het ruimste is tevens anachronistisch: het behoort tot de traditie van het christendom om de wereldlijke macht af te wijzen, de keizer te geven wat des keizers is zonder dit op bijzondere manier te achten. Dit moet anachronistisch heten, omdat deze traditie heel wat ouder is dan het begrip anarchisme. Zij is waar te nemen in de Kerk - met Kerk bedoel ik de gemeenschap van gelovigen, de enige, heilige algemene, zoals genoemd in de apostolische geloofsbelijdenis - een gemeenschap die buiten deze belijdenis nooit bestaan heeft. Men gelieve het op te vatten als: allen die zich binnen georganiseerd verband christen noemen, aan de rand en erbuiten - al dan niet buitengezet: de reien der ketters zijn gevuld met afwijzers van de wereldlijke overheid. De traditie is voor dit verhaal van belang omdat er voorgangers of theologen in passen die zich niet anarchistisch of expliciet niet-anarchistisch noemen. Verder beroepen christen-anarchisten zich meestal op dit geestelijk of politiek voorgeslacht om te onderstrepen dat wat zij nastreven niets nieuws is.

Het tweede niveau is dat van de voorganger. Hierna is geen sprake van vrouwelijke predikanten, omdat het ambt nog niet lang genoeg open is voor vrouwen om op dit punt geschiedenis te hebben gemaakt - de toekomst is weer een ander verhaal. Het gaat hier om de predikant die voor het anarchisme als sociaal-politieke stroming kiest, en daarbij ook nog predikant blijft. De bekendste voorbeelden van predikanten die voor het anarchisme kiezen zijn degenen die hun toga aan de wilgen hingen voordat ze anarchist werden: Ferdinand Domela Nieuwenhuis en Bart de Ligt. De eerste was na het opgeven van het ambt zoals bekend eerst nog sociaal-democraat, de tweede was actief christen-socialist terwijl hij nog predikant was. Maar er waren er die bleven.

Het derde niveau is dat van de groep die zich christen-anarchist, of later religieus-anarchist noemden. Het onderscheid wordt vaak in contemporaine discussies rond de voorgangers gebruikt, reden om het hier aan te brengen - in de praktijk zijn er niet zulke duidelijke scheidslijnen aan te brengen.

Het begrip "christelijk anarchisme" wordt in 1893 geïntroduceerd in Nederland door Louis A. Bähler, dan nog niet beroepen als predikant, in zijn vertaling van Eugen Heinrich Schmitts signalement van Tolstojs denken. Niet-christen-anarchisten hebben vaak de christen- en ook wel de religieus-anarchisten aangeduid met de term "tolstojanen". Zelf maakte men uitdrukkelijk onderscheid: in Engeland was een tolstojaanse beweging, en in Nederland kan iemand als J.K. van der Veer zo aangeduid worden. Nederlands bekendste en misschien wel enige tolstojaan Van der Veer schrok nogal van de Engelse geestverwanten en sloot zich na terugkeer aan bij de S.D.A.P., om daar tenslotte ook geen blijvend onderdak te vinden. De predikanten en andere christen-anarchisten weigerden zich met alle respect en bewondering voor Tolstoj zo te noemen. Blijde-Werelddominee S.K. Bakker had voordat hij zich aansloot bij de S.D.A.P. naar verluidt "tolstojaanse" sympathieën. Hiervan heb ik vooralsnog geen papieren spoor gevonden.

Het christen-anarchisme dient zich aan in de kolommen van het blad van de modernistische stroming, de Nederlandsche Protestantenbond, De Hervorming, tussen omstreeks 1890 en 1897. De sociale kwestie en de remedie(s) ertegen kwamen regelmatig aan de orde, op hoog niveau, waarbij ernstig werd nagedacht over de verdiensten en onverdiensten van "het socialisme". Omdat de meeste predikanten dicht bij de vrijzinnig-democratische stroming stonden, het moderne liberalisme van die tijd, sprak uit veel bijdragen een huivering voor een te machtige staat, en in het algemeen werd deze als het resultaat van het sociaal-democratische streven gezien. Het staatsafwijzende anarchisme met inspiratie door Tolstoj was in deze sfeer een stap die voort leek te kunnen komen uit deze discussies.
De "opstandige jongeren" rond de moderne stroming van De Hervorming zagen dit verband, dat zich bij beschouwing achteraf aandient, niet, en toonden zich ongeduldig. Er was te weinig ruimte voor bijdragen in hun geest, vonden zij, en in 1897 beginnen zij voor zichzelf in het blad Vrede, dat bepaald niet alleen gevuld werd door predikanten. Alleen de meest tolstojaans aandoende schrijver in De Hervorming, H.W.Ph.E. van den Bergh van Eysinga, neemt deze overstap niet, en hij distantieert zich weldra op nogal grove wijze van Tolstoj maar alles welbeschouwd kan men zeggen dat hij in theologische zin nooit ver verwijderd is geweest van de anarchistische staatsafwijzing, hetgeen hij ook zelf toegaf. Maar omdat hij politiek koos voor de sociaal-democratie hoeft hij hier niet te tellen.

Boeddha



De spraakmakendste (christen-)anarchistische dominee van honderd jaar geleden was ongetwijfeld Louis A. Bähler (1867-1941), die achtereenvolgens op Schiermonnikoog (1895-1902), te Oosterwolde (Fr.) (1902-1909) en Aduard (1909-1911) stond. Als uitgesproken christen-anarchist en theosoof populariseerde hij het boeddhisme in Nederland (zijn boek Het boeddhisme is overigens in vele talen vertaald), hield hij pantheïstische preken en sprak hij voor weerloosheid en dienstweigering, vegetarisme, geheel¨onthouding en rein leven, vaste thema's van het christen-anarchisme. Op Schiermonnikoog betoonde hij zich een "rare" ten opzichte van zijn gemeente, door partij te trekken voor zeehonden, de vijanden van de plaatselijke vissers. Als modernistisch dominee achtte hij het mogelijk dat "Jezus van Nazareth" een constructie was, geënt op de Boeddha, al heeft hij in die zin nooit gepreekt. Niettemin werd het de anti-modernisten in de Nederlandse Hervormde Kerk te veel, toen Bähler met kennelijke instemming de (vermoedelijk gefalsificeerde) brochure Het christelijk barbarendom in Europa vertaalde, waarin opgeroepen werd tot boeddhistische zending.

Toen Bähler hiervoor niet berispt werd, was de maat vol voor de antimodernisten, die de Gereformeerde Bond binnen de kerk oprichtten als vaste burcht van antimodernisme (1906). Zijn kerkelijke gemeenten stonden vrijwel altijd geheel achter hem, maar in 1911 kwam hij in botsing met de kerkeraad in Aduard en gaf hij het predikantschap op. Hij bleef wel catechisator.


Grote verwachtingen van de christen-anarchistische kolonie te Blaricum hadden de voorgangers Anne de Koe (1866-1941) en S.C. Kylstra. De eerste gaf het predikantschap op in marinehaven Den Helder voor de kolonie, wat een zeer consequente stap mag heten, en is na de al snel zich aandienende teleurstelling hierop in ieder geval niet teruggekomen. Hij werd lid van de S.D.A.P., zelfs raadslid in diverse plaatsen en was directeur van Ons Huis te Rotterdam. De AJC moet veel profijt gehad hebben van zijn inventarisatie van Nederlandse volksdansen. Kylstra herneemt wel het ambt, te Oterleek en later te Sint-Jacobiparochie, hij wordt lid van de Blijde-Wereldgroep na het drama van Blaricum, en emigreert in 1913 naar de Verenigde Staten. Predikanten die in de kolommen van Vrede opduiken zijn verder J. Klein, A.W. van Wijk en H. Meijer, die dominee was te Smilde. Evenals Bähler heeft Meijer zich vanaf de kansel negatief uitgelaten over de verering die de jonge koningin Wilhelmina ten deel viel - niet beslist een anarchistisch thema, de afwijzing was wel onderbouwd met evangeliecitaten.

Nieuwe-Niedorp


De afwijzing van alle geweld - en daarmee van de staat als geweldsmonopolist vooral in de vorm van de krijgsmacht - op christelijke gronden was niet alleen voorbehouden aan degenen die zich christen-anarchisten noemden. De ethische strekking die de hoofdstroom van het Nederlandse anarchisme kenmerkt maakt het op het eerste gezicht moeilijk de "voorgangers van het tweede niveau" zoals boven omschreven te onderscheiden. Over twee van hen, Année Rinzes de Jong - prediker buiten de Kerk - en J. Sevenster heeft Herman Noordegraaf een biografische schets in boekvorm geschreven. Zij worden verrassenderwijs niet genoemd in het stuk over "rooie dominees". Wel wordt N.J.C. Schermerhorn (1866-1956) genoemd als christen-anarchist, maar deze voorganger te Beets (1892-1894) en Nieuwe-Niedorp (1894-1929) maakte geen deel uit van de Vrede-groep of Internationale Broederschap. Hij was een van de oprichters van de Internationale Anti-Militaristische Vereeniging, samen met Domela, in 1904, en was redacteur van De Wapens Neder van 1910 tot 1923. Wel was hij een van degenen met wie Bähler in 1915 contact opnam bij het initiatief tot het geruchtmakende Dienstweigeringsmanifest. Schermerhorn ging ver in zijn vrijzinnigheid en het uitdragen van het anarchistisch socialisme.

Hij hield in 1901 een 1-mei-toespraak in de kerk, hij schafte op den duur de zondagochtenddienst af evenals doop en gebed. Het bracht hem klaarblijkelijk niet zo in gevaar als Bähler eerder. Nieuwe-Niedorp, zijn gemeente, springt er dankzij zijn ijveren in het toch al zo vrijzinnige Noord-Holland uit doordat zijn oproepen tot individuele dienstweigering er goed gehoor vonden. Ook de landbouwkolonie op christen-anarchistische grondslag - klaarblijkelijk gedreven door beroepslandbouwers - hield het 't langst in Nieuwe-Niedorp.

De vroegste prediker-tevens-anarchist die ik tot nu toe heb kunnen ontwaren is H.C.J. Krijthe (1825-1902), bijgenaamd de profeet van Coevorden. Hij was geen beroepen voorganger in de Kerk, werd evenwel kort na de oprichting lid van de Nederlandsche Protestantenbond (1870) en later ook van de vrijdenkersvereniging De Dageraad (1882). Hoewel - alweer achteraf beschouwd - het theologisch modernisme en het toenmalige vrijdenken niet zover van elkaar afstonden, was de combinatie opmerkelijk. Vooral in het vrijzinnige Drenthe maakte hij in de vroege tijd van de arbeidersbeweging de geesten rijp voor het socialisme, bijvoorbeeld door te verwijzen naar de "gekruisigde communist van Galilea".

Alle genoemde prekers of voorgangers komen uit de vrijzinnige (moderne) kring in de Nederlandse Hervormde Kerk. Kees Koning was allang geen aalmoezenier meer toen hij desgevraagd zijn medewerking toezegde aan het christen-anarchisme nummer van De AS (1991), blijmoedig zeggende "ja, dat ben ik wel" op mijn insinuatie dat hij christen-anarchist zou zijn. Helaas is die bijdrage niet gekomen. Dat het niet (meer) ondenkbaar is dat de Rooms-Katholieke Kerk in Nederland pastores zal kennen die binnen het anarchistische paradigma vallen lijkt mij duidelijk. Koning en de ook in Nederland werkzame Catholic Worker-beweging kunnen op nogal wat sympathie rekenen, en in franciscaanse kringen deinst men zeker niet van schrik terug bij het woord "anarchisme". Als er al geen rood-zwarte dominees meer zouden komen, wat ik overigens sterk betwijfel, kunnen we in de toekomst vast nog wel rood-zwarte pastores verwachten.

Ruurlo



De zuiverste vertegenwoordiger van het eerste niveau was geen dominee, maar naar eigen zeggen "eenvoudig" evangelist. Hij achtte zich vertegenwoordiger van de rechtzinnige vleugel van de Nederlandse Hervormde Kerk, hetgeen vooral wil zeggen dat hij geen modernist was. Hij heeft meermalen uitdrukkelijk geschreven geen anarchist of christen-anarchist te zijn. Hilbrandt Boschma (1869-1954) streefde naar het Godsrijk, een nieuwe wereldorde voortkomend uit het aanvaarden van het kruis van Christus. Een theologisch eenvoudig aandoende gedachte waarvan de consequentie evenwel het afwijzen van de macht van de staat, de volkswil (de "democratie") en de officiële kerk met zich meebracht. Het Godsrijk houdt eerbied voor het leven van de medemens in, het vergiffenis schenken aan vijanden en het leiden van een sober leven waarbij men in de vorm van nuttige arbeid meer aan de gemeenschap geeft dan men hiervan terug zou krijgen. Staat en militarisme, het idee van straffen, kapitalisme en bolsjewisme waren niet in overeenstemming met het Godsrijk. In ethisch opzicht stonden zich christelijk noemende poltici en Stalin dichter bij elkaar dan bij het Godsrijk.

Zijn afwijzen van het militarisme kwam voort uit ervaring: hij was acht jaar beroepsmilitair, voordat hij godsdienstonderwijzer en vervolgens voorganger (1905-1938) te Ruurlo was. In 1915 baart hij opzien met zijn afwijzing van alle geweld in Oorlog en christendom, voorzien van een voorwoord van Bähler. Hij was vanaf de oprichting betrokken bij de groep Kerk en Vrede, maar bleek ook hier in zijn afwijzen van de staatsmacht een buitenbeentje. Nogmaals, hij noemde zich zelf uitdrukkelijk geen anarchist maar hij was in feite de zuiverste en volhardendste vertegenwoordiger van een christelijk staatafwijzend socialisme die in Nederland te vinden is geweest, en daarbij een trouw voorganger in zijn landelijke gemeente. Zijn aanhang in de rest van het land bediende hij met preken en toespraken, meestal eerst verschenen in zijn in zelfbeheer uitgegeven reeks Licht en liefde, verschenen tussen 1914 en 1948.