22 juni, 2023

Verkenningen christen-anarchisme, deel 6: Over conferenties en publicaties

 


In 2008 hield het Anarchist Studies Network op de campus van de universiteit van Loughborough, Engeland, een studieconferentie, waarbij een aparte werkgroep Religieus Anarchisme was ingesteld. Loughborough was/is een academische vrijplaats voor het bestuderen van anarchisme in de faculteit politieke wetenschappen, onder leiding van Ruth Kinna, specialiste aangaande William Morris en Peter Kropotkin. Stafleden in die dagen waren Alexandre Christoyannopoulos, Alex Prichard en Uri Gordon.

Werd “religieus anarchisme” als een ongepaste vreemde eend in de bijt gezien, in 2008? Wellicht, maar de lezingen van dat jaar zijn gebundeld in het boek Religious anarchism.
Mijn bijdrage aan conferentie en boek is in het Nederlands vertaald te vinden onder andere hier.

De conferentie eindigde met het oprichten van een los verband ASIRA, Academics and Students Interested ín Religious Anarchism, waar in de eerste plaats de contribuanten van de bundel aan verbonden waren. (Het genootschap is inmiddels ingeslapen). Het initiatief tot een volgende conferentie in 2012 ging uit van ASIRA, waarna de “seculieren” alsnog aansloten. We kunnen stellen dat de studie van het religieus – of spiritueel – anarchisme in de loop der tijd net als het fenomeen zelf geaccepteerd geraakt is bij de professionele godloochenaars. Een enkeling die aanvankelijk afwijzend tegenover het idee stond gaf later zelf alsnog een inleiding in de ASIRA- werkgroep. Om Landauer kan men nu eenmaal niet heen, bijvoorbeeld.

Een voorbeeld van de inleidingen van 2016:

Joana Serrado – Anarcho-mysticism as Direct action: Women mystical traditions in mediaeval and early modern Christianity

André de Raaij – Kartini, her peaceful struggle on three fronts and her reception by Christian anarchists

Anthony T. Fiscella, Lund University – Womanism, Nature, and Anarchy: Thoughts on the Intersections of Justice, God, and the Dirt of Daily Life

Dr Alexandre Christoyannopoulos – Sparking the Pacifist Imagination by Depicting the Familiar as New: The Subversive Potential of Leo Tolstoy’s ‘Defamiliarisation’

Enrique Galván-Álvarez – Jodo Shinsu: Buddhism Against the State in Japan

James Crossley – Rudolf Rocker and the Fate of the English Radical Bible

Mijn bijdragen aan de Anarchism Studies Network/ASIRA-conferenties betroffen:

2012: Ernst Stern

2014: Kairos, aan de hand van onder anderen Berdjajew

2016: Het verband tussen Kartini (door president Soekarno uitgeroepen tot Ibu Indonesia, Moeder van Indonesië, hoewel ze dat laatste woord nooit gebruikt in geschrifte) en het christen-anarchisme. Zij noemt Felix Ortt als inspiratiebron in Door duisternis tot licht, postuum verschenen boek dat tot de canon van de Nederlandse letteren zou moeten behoren, maar ja, Nederland…

Voor de conferentie van 2018 ben ik teruggeschrokken door de dreigende hittegolf, en de tweejaarlijksheid werd daarna doorbroken of beter afgebroken door de pandemie en het is de vraag of de “traditie” hersteld wordt.
Bundels artikelen kunnen het gevolg zijn van conferenties, maar een conferentie is toch altijd speciaal. Ik vermeld dat er inmiddels “in plaats van”, naar het lijkt, drie bundels Essays in Anarchism and Religion zijn verschenen bij Stockholm University Press, “peer reviewed” en al (2017-2020). Ik weet niet wat ik mij daarbij moet voorstellen bij onderzoek op nagenoeg onontgonnen terrein.

Het overzicht van mijn eigen Conferentiebijdragen, de volgende drie bij bijeenkomsten van de International Society for the Study of European Ideas, waarop ik geattendeerd ben door onze makker Bas Moreel. Het bracht me nog eens ergens, dat is zeker.

Haifa:

1998: Parallels or influence: the Dutch Christian anarchist movement 1897-1907 and the Landauer connection

Bergen, Noorwegen:

2000: Mysticism and action: Christian anarchism as a paradigm

Aberystwyth:

2002: ” The unspeakable experience”, Considerations about ethics and mysticism on the basis of Jacques Ellul and Henri van den Bergh van Eysinga

Zo’n merkwaardige conferentie-ervaring: op de Werkgroep Landauer kwam niemand af. Ik liep met de moderator over de gang van het universiteitsgebouw van Haifa, overleggende waar ik terechtkon want ik was toch wel helemaal uit Nederland gekomen. Ik zag een Geleerde Man een oproep opplakken dat er nog ruimte was in zijn Werkgroep Mystiek, en ik barstte in lachen uit. Horst Jesse vond dat maar niets: “Waarom lacht u?” ”Omdat ik bij u terechtkan met mijn lezing over Landauer”.

En aldus geschiedde. De wonderlijke ervaring om Sloveense studentes ijverig aantekeningen te zien maken over Louis Adrien Bähler, en de uitnodiging op bezoek te komen – waaraan ik niet voldaan heb, hoor – het zijn ervaringen waar geen Essaybundel tegen op kan. Dan moet ik ook nog vermelden dat ik de lezing heb overgedaan geïmproviseerd in het Frans voor Carmelitessen op de Carmel zelf.

En ja, het was Bähler die vaststelde dat er “een mystieke ader door onze beweging” liep – de christen-anarchistische dus.
Rest mij te zeggen dat ik van de na- en deels vooroorlogse Nederlandse christen/religieus-anarchisten nog helemaal niet heb genoemd: Kees Boeke, oprichter van War Resisters International, ook bekend van de school de Werkplaats Kindergemeenschap in Bilthoven, en grondlegger van Sociocratie in Nederland; Lieuwe Hornstra, die beschouwingen over management heeft geschreven; ds. Ernst Stern, die mijn allereerste politieke beschouwing heeft gepubliceerd; ds. H.J. Mispelblom Beyer, schrijver van het geprezen Tolerantie en fanatisme; en de betrokkenen bij de Catholic Worker, een in stilte zich uitbreidende beweging die van oprichter Peter Maurin geen beweging mag heten.

Slot volgt.

07 juni, 2023

Verkenningen christen-anarchisme, deel 5: voorlopers


In wat ik de klassieke tijd van het christen-anarchisme noem bij dezen – het fin de siècle – was het opsommen van voorlopers deel van de presentatie van eigen gedachtengoed en praktijk: het gaat hier om iets wat zo oud is dat het nieuw lijkt. En de geschiedenis van het ketterdom, zoals de officiële kerk en dus de macht het noemt, is doorspekt van verzet tegen de macht en tegelijk van gemeenschappelijk leven. Het zou dan beginnen met de vroegste christenen, die volgens het boek Handelingen samenleefden en alles gemeenschappelijk hadden. Als we ons hier al op historische grond bevinden is de vraag: wanneer en waarom hield die gemeenschappelijkheid op? Iets van die gemeenschappelijkheid ontwaarde men in kloosterorden, maar waarom en waardoor was dit niet het geval bij de “gewone” gelovigen? Is het de zondeval van het christendom?

Maar een belangrijke vraag is, ten aanzien van welke stromingen kan men van anarchisme spreken (avant la lettre, het woord moest nog uitgevonden worden)? Het instituut staat is alleen maar gegroeid en sterker geworden in de afgelopen eeuw, van wanneer dateert het echter, sinds wanneer was het niet meer mogelijk zich aan de staat te onttrekken of die te ontkennen of bestrijden? Friedrich Engels en Ernst Bloch zien de geest bij Thomas Münzer, voorman van de opstandige Duitse boeren. Maar ook de bekende mystici, zie Landauer over Eckhart, worden als communistische/anarchistische voorbeelden gezien (“communisme” was nog geen gestolen en besmeurd woord in het begin van de vorige eeuw). Dan zijn er de diverse bewegingen in de dagen van de Engelse burgeroorlog, waarvan de Diggers het bekendste voorbeeld zijn.

Chumbawamba met de Diggers’ Song

Opmerkelijk is dat hieraan een nationalistisch trekje te bespeuren valt: het afwijzen van de door de Normandiërs gestichte “orde”, die met genocidaal wapengeweld is opgelegd in de elfde eeuw. Terug naar de echte Engelse situatie dus. En Winstanley, de bekendste schrijver uit Diggerskring, beroept zich eigenlijk alleen op oudtestamentische teksten, niet op het “evangelie binnen het evangelie”, de Bergrede.

In de Lage Landen loopt er tot de totstandkoming van het koninkrijk der Nederlanden een rode draad vanaf de Wederdopers, de rustiger Doopsgezinden (mennonieten) en remonstranten tot de duidelijk zich tegen de staat verzettende Christelijke Broedergemeente (gangbare betiteling: Zwijndrechtse Nieuwlichters) die als zodanig naar voren komt bij de mobilisatie tegen de Belgische opstand. Ik noem speciaal de in gemeenschap van goederen levende Labadisten, onder wie de eerste vrouwelijke student Anna Maria van Schuurman en de schilderes Maria Sibylla Merian, en het gezelschap der Collegianten, die aan volwassenendoop deden in de Rijnsburger Vliet (afbeelding). De Zwijndrechters – om ze zo maar te noemen – weigerden dienst in de oorlog tegen het opstandige zuiden, en de weigering werd min of meer gehonoreerd doordat ze hospitaaldienst moesten verrichten, nadat eerst enkelen van hen gevangen waren gezet en een hunner in de gevangenis was overleden.

Quack noemt hen de eerste moderne socialisten in Nederland en Nederland zou Nederland niet zijn als er niet een christelijk uitgangspunt was geweest. Misschien mogen ze dan de eerste Nederlandse christen-anarchisten heten. Kan men van anarchisme spreken voor staat en kapitaal de samenleving, waarvan tenslotte nog pas gisteren het bestaan ontkend werd door Thatcher, in hun greep namen? Omdat dit als een proces plaatsvond en -vindt lijken mij de zeventiende-eeuwse opstandelingen, vooral in Engeland, toch degenen die als eersten die naam terecht mogen dragen – achteraf.

Het grote voorbeeld voor Tolstoy – die een aparte aflevering ten deel zal vallen – was de prediker uit Massachusetts, Adin Ballou, die een eigen utopisch genoemde gemeenschap stichtte, de Hopedale Community. In Nederland, speciaal in het noorden en nog meer speciaal Drenthe, maakte H.C.J. Krijthe, modernistisch prediker en vrijdenker, “de profeet van Coevorden”, de geesten rijp.

Het naakte lichaam als politiek actiemiddel: Doechoboren, begin twintigste eeuw
Het naakte lichaam als politiek actiemiddel: Doechoboren, begin twintigste eeuw

Naast Ballou noemde Tolstoy de Doechoboren, Russische orthodoxen, verbannen naar gekoloniseerd Georgië, als inspiratiebron. Zij leefden (leven: er wonen er nog in Canada) bescheiden in gemeenschap van goederen, vegetarisch en geheelonthoudend en alle geweld afwijzend: de term christen-anarchisme is met betrekking tot hen, en Tolstoy die hun zaak op zich nam, voor het eerst gebruikt. Tolstoy had dan weer zijn eigen volgelingen in Rusland en vooral in Engeland, en hij inspireerde modernistische protestanten in Nederland tot het kiezen voor de richting christen-anarchisme, 1897, net iets eerder voordat Domela de Vrije Socialist oprichtte in plaats van Recht voor Allen (1898).

Dit is een schamel overzicht en dat moet het ook zijn. We zijn nu in de twintigste eeuw aangekomen, de eeuw van Ortt, Day en Maurin, Ellul, en – ik zou haar bijna vergeten te noemen – Simone Weil.

Zoals wellicht uit het bovenstaande blijkt is het onderzoek naar deze stroming maar net op gang gekomen, hierover het volgende deel van deze Verkenningen.