31 oktober, 2016

Herfstbeeld 2016 - een wandeling langs de rand van het bos

Boleet met zwameter (ook de eikels eromheen lijken beschimmeld)
Zwavelkopjes

Portfolio: "Projectie, dus ook religieuze projectie, bestaat niet"

De Stichting Psychiatrie en Religie organiseerde woensdag 12 december een publiekslezing in gebouw Felix Meritis in Amsterdam. De lezing werd verzorgd door Prof. J.A. (Jaap) van Belzen, van wiens hand het boek Psychologie en het
raadsel van de religie – beschouwingen bij een eeuw godsdienstpsychologie in Nederland
werd
gepresenteerd. De schrijver noemde het een eeuwfeest omdat in 1907 de eerste Nederlandse vertaling verschenen is van William James’ The varieties of religious experience, een klassiek boek en misschien de eerste publicatie die godsdienstpsychologisch genoemd zou kunnen worden. Of was het startschot een artikel van de hand van Sigmund Freud, ook in 1907, over het verband of de overeenkomst tussen dwangneurosen en godsdienstige handelingen? Er werd geen naam of plaats van publicatie genoemd van het desbetreffende artikel van Freud, laat staan dat duidelijk werd gemaakt wat het verband met Nederland zou moeten zijn. Het artikel wordt ook niet
genoemd in het gepresenteerde boek. We kunnen evenwel veilig aannemen dat er al zoiets was als een academische discipline godsdienstpsychologie, omdat in 1907 in ieder geval door een lutherse theoloog het Zeitschrift für Religionspsychologie werd opgericht.

Van Belzen verdedigde Freud in zoverre, dat hij verduidelijkte dat Freud godsdienst niet zomaar ziekelijk vond, of dwangneurotisch. Wel liggen er volgens Freud wensen ten grondslag aan godsdienst, en dit maakt het verschijnsel tot een illusie. De wetenschap wenst niet, is derhalve geen illusie en heeft tenslotte de toekomst, zo schetste de spreker de psychologische benadering van Freud op zwierige wijze (Die Zukunft einer Ilusion heet het bekendste boek van Freud over godsdienst tenslotte).

Als we 1907 als beginjaar voor Nederland aanhouden kan een lezing van professor H. Bavinck voor de (destijds zeker) eerbiedwaardige instelling der Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen onder de titel Psychologie der religie als het begin zien. Een stoet van grote namen is verbonden aan het vak in Nederland: Heymans, H.T. de Graaf, Geelkerken, Van Mourik Broekman, Van der Spek, Rümke, H(eye) Faber, Fortmann, Van der Leeuw, J.H. van den Berg en Van der Lans gelden als grote namen uit de geschiedenis van het vak, dat volgens Van Belzen op dit ogenblik niet bepaald een bloeiperiode doormaakt. Aangezien Van Belzen het vak zelf doceert aan de Universiteit van Amsterdam - een van de universiteiten die haar faculteit theologie is kwijtgeraakt in de afgelopen jaren – mag hij geacht worden te weten waarover hij het heeft.

De belangrijkste Nederlandse bijdrage aan het vak was volgens hem de discussie over godsdienst als projectie – een gedachte die oorspronkelijk van de Duitse filosoof Ludwig Feuerbach afkomstig is – en die in Nederland in de ruimgeziene jaren vijftig tamelijk hoog opliep. Discussie en boosheid, zoniet kwaadaardigheid, werden opgeroepen door De toekomst der religie van romanschrijver-essayist Simon Vestdijk, dat steun had gekregen van dichter-godsdienstpsycholoog Fokke Sierksma in het boek De religieuze projectie. Het christendom als godsdienst het – misschien nog verre - einde aanzeggen kon niet in die jaren. Van Belzen veegde een van de belangrijkste gedachten achter de discussie blijmoedig van tafel. Het gehoor kon er van op aan dat projectie als psychologisch verschijnsel niet bestond, evenmin als verdringing.

Als coreferent of opponent trad “mijn goede vriend”, zoals Van Belzen hem noemde, Harry Stroeken op, bijzonder hoogleraar godsdienstpsychologie in relatie tot de geestelijke gezondheidszorg aan de universiteit te Leiden. Stroeken maakte zich bekend als lid van de kerk van Rome en freudiaan, en vond hier voor zichzelf geen tegenstelling in. Hij was zich er van bewust dat hij in freudiaanse kringen hierin tamelijk alleen stond: hij vermeldde een psychiater die bij voorbaat al twintig punten aftrok bij een iq-toets als hij wist dat de geteste persoon gelovig was. Hij miste in het vertoog van Van Belzen hoe het komt dat kerkgang in Nederland nog niet lang geleden de norm was – Nederland als het meest kerkse land van Europa – en nu in brede kring als een uiting van achterlijkheid wordt gezien. Ook de stille maar onmiskenbare opgang van het boeddhisme – voorzien door Vestdijk in het bovengenoemde boek – was iets wat het nader bestuderen waard is. Van Belzen in repliek: “Daar is het boek niet voor.” Het betreft een schets van de geschiedenis van godsdienstpsychologie als academische discipline in Nederland, niet meer, niet minder. Stroeken vond dat het boek in geen bibliotheek mag ontbreken. Hij noemde in zijn licht klinkende referaat wel het probleem dat de freudiaanse psychologie religie per definitie als een individueel gegeven wordt gezien, terwijl godsdienst in het algemeen in een gemeenschap beleden wordt. Waarna het tijd voor de borrel was.

Deze heeft uw verslaggever hoofdzakelijk doorgebracht met “het PR-meisje van de uitgeverij” zoals zij het zelf uitdrukte. Wederzijdse kennissen uit het boekenvak, zij met zeer opvallend kruisje om haar hals. “Ik ben katholiek geworden” zegt zij met stralende lach. We wisselen vrolijk onze geestelijke thuiskomst na jaren uit, een gesprek dat eigenlijk verder geen enkel verband heeft met wat er op het podium gezegd is – wat uw verslaggever bij nadere beschouwing als opmerkelijk treft.

J.A. van Belzen, Psychologie en het raadsel van de religie: beschouwingen bij een eeuw godsdienstpsychologie in Nederland. Amsterdam: Boom. 448 p. Prijs: €37,50. [inmiddels verramsjt]

- Voor News4all, januari 2008

30 oktober, 2016

Portfolio: Hongerstaking van José Bové (januari 2008)



José: Bové en nog vijftien activisten zijn in hongerstaking gegaan tegen de lakse Franse wetgeving wat betreft de kweek van transgene maïs.
Meer hierover hier en hier.

Bové is boos omdat de Franse regering na de grote milieuconferentie in oktober in Parijs niet is overgegaan tot een nationaal moratorium op de teelt van genetisch gemanipuleerde maïs. De regering besloot slechts een minimale opschorting tot februari, wanneer een nieuwe wet over genetisch gemanipuleerde gewassen moet worden goedgekeurd. Bové, die naar eigen zeggen sinds woensdag niet meer heeft gegeten, deelde donderdag mee dat hij de andere vijftien de hongerstaking zullen voortzetten in het centrum van Parijs. Zij doen dit in een pand aan de Rue de Banque, gekraakt door de vereniging Het Ministerie van Woningnood. De eis van de hongerstakers die hun actie voor onbepaalde tijd zeggen te voeren is niet overdreven radicaal te noemen: het gaat er om dat Frankrijk zich aan de Europese richtlijn voor transgene gewassen dient te houden…

José Bové is bekend als boerenactivist en andersglobalist. Minder mediageniek maar zeker zo belangrijk is zijn achtergrond als leerling van de grote Franse christen-anarchist Jacques Ellul en is het begin van zijn actiebestaan, als herder in Larzac, een streek die op zijn kop gezet zou worden als oefenterrein voor de NAVO – dankzij de mobilisatie onder de leuze Gardarem lo Larzac (Laten we de Larzac behouden) is dit niet doorgegaan.

Occitanië, met zijn eigen taal en van oudsher dwars op godsdienstig gebied (het is nu het bolwerk van het Franse protestantisme) werd door deze acties, begin jaren zeventig, “op de kaart gezet”. Als een land waar een taal gesproken wordt van boeren en arbeiders, niet alleen van middeleeuwse zangers en zangeressen (hoe wonderschoon ook) en van Katharen die het zo goed doen in de New-Agewinkel. Een taal die weerschalt van de tribune bij rugby en voetbal in liederen die door gewone mensen gewoon gesproken en gezongen wordt, zoals in het filmpje boven. Excuses overigens voor die rare uitdrukking: gewone mensen…
(De naam van de groep, Nadau, spreekt u goed uit als u hem op zijn Nederlands uitspreekt).

- Januari 2008 voor News4all.

Slaafgeboornen, ontwaakt! ontwaakt!

De introductie van de woorden autochtoon en allochtoon herinner ik mij maar al te goed. Zij werd gedaan door de Progressieve Coalitie die Amsterdam bestuurde in 1974-75. De echte bewoners van de Nieuwmarktbuurt wilden graag sloop en een snelweg door hun buurt. De allochtonen, krakers bedoelden ze, zaten deze mooie plannen in de weg. Verdeeldheid zaaien en daarbij moeilijke, onbekende woorden gebruiken. Dat het allemaal wat anders in elkaar stak deed er niet toe voor die bestuurderen, die het mollen van huizen een mooie bijdrage aan de klassenstrijd vonden (en ze hadden gelijk, maar ze bedoelden het precies anders).
Niet lang daarna was allochtoon een eufemisme geworden voor gastarbeider. In het woord gastarbeider zitten maar liefst twee kritische lagen. Ze zijn te gast - bij wie? En ze zijn arbeider. Een woord dat nodig weggemoffeld moest worden, je had werknemers en eigenlijk waren dat medewerkers. Met wie? Niet doorvragen, hè. De gastarbeider werd allochtoon, onder welke paraplu allerlei andere "vreemdelingen" vielen.

Er is eigenlijk geen nieuw eufemisme gekomen, dit moest volstaan. Nu ja, de allochtoon zorgde er voor dat "we" op weg waren naar de multiculturele samenleving. Van arbeider naar cultuurbrenger, het bleek een levensgevaarlijk - ja, letterlijk - wegmoffelen. Het zijn de PVV-achtigen die nu verkondigen dat Ahmed en Fatima cultuur kwamen brengen in plaats van arbeidskracht, en een in zijn eigen eufemismen omgekomen "links" heeft daarop in feite geen verweer. ARBEIDER! Ach, dat klinkt zo naar communisme, Marx en zo. We zijn nu allemaal medewerkers.

Eufemismen, dat gaat nog steeds voor links door. Ik las - ik ga niet zeggen waar - dat "indianen" liever "native Americans" worden genoemd. Nu ken ik toevallig wat indianen en die hebben daar echt in het geheel geen behoefte aan. Waarom zou je de naam van een zogenaamde "ontdekker" als aanduiding willen? Niet dat "indiaan" nou zo'n geslaagd woord is, maar het is een bruikbare paraplu voor de mensen die door de koloniale moordzuchtige invasie in hun eigen werelddeel gemarginaliseerd zijn. De meeste mensen noemen zich mensen, u zult daar misschien van opkijken, maar nationaliteit of ras zijn kunstmatige constructies.

Het boek is online te lezen.[/caption]Het is niet toevallig dat het woord slaaf wel erg lijkt op Slavisch. De Slavischtaligen waren eeuwenlang voor de andere Europeanen handelswaar en hun eigen aanduiding ("zij die de taal machtig zijn") werd een aanduiding voor de status waartoe velen van hen gereduceerd waren. Tot slaaf gemaakt, ja. Maar eh - zij waren al Slaven...

Slavernij wordt als niet beschaafd afgeschilderd tegenwoordig, al kun je je afvragen of loonslavernij (ai, daar heb je die ARBEIDER weer) meer dan gradueel anders is. David Graeber waagt zich aan die vraag, die verder natuurlijk taboe is want wij zijn allen medewerker en als het even kan worden we allemaal zzp'er (hee, een woord dat toch weer loonslavernij verbergt in die p.) En intussen moet het woord "slaaf" al net zo van zijn kritische historische lading ontdaan worden als de arbeider, de loonslaaf, de proletariër weg moest. Het gaat alweer voor links door. Je moet "tot slaaf gemaakten" zeggen, want niemand wordt als slaaf geboren. Hetgeen van volkomen ontkennen van de geschiedenis getuigt. Het is paradoxaal, ja het is een schandaal, maar men kan of kon als slaaf geboren worden. En via verkrachting die geen verkrachting hoefde te heten, want de verkrachte was eigendom, slavin, kon de eigenaar tegelijk vader en eigenaar van zijn eigen kind zijn. Frederick Douglass beschrijft dit over zichzelf. In het Britse genealogieprogramma Who do you think you are? is het een paar keer voorgekomen dat een zwarte bekende Brit zowel slaven als slavenhouders in zijn of haar voorgeslacht bleek te hebben. Het paradoxale is dat je de slavenhouders moet haten en tegelijk je fysieke bestaan aan hen dankt.

Het is nog steeds van toepassing: het gaat er om de wereld te veranderen, niet om haar anders te interpreteren. Of: anders aan te duiden.

Portfolio: Pannekoeken en vette Jezus

Over zo ongeveer negentig procent van de jongeren is eigenlijk niet bekend hoe het er mee voorstaat wat betreft hun religie – omdat ze hun heil zoeken waar de onderzoekers hen niet kunnen bereiken: buiten de kerkelijke verbanden. 
---------------------------------------------------------

Het knallende toontje is dat van de voormalige zendgemachtigde, voorheen zeezender die keihard de lllekkerste was voor wie jong was en wat willlde. Maar voor het Xnoizz Flevofestival worden stoere christelijke muziek beloofd en lllectures (kort maar krachtig J.P. Balkenende in beeld), op het festivalterrein wordt alcohol niet toegestaan en het zonder ouderlijk toezicht kamperen wordt wel als problematisch beoordeeld, maar het is ook een van de aantrekkelijke kanten van het festival. Samen pannekoeken bakken met de buren wordt als gezellig hoogtepunt aangekondigd in
de presentatievideo die in de VU-zaal wordt vertoond.

Festivalvoorlichtster Carolien Roos enqueteert onder festivalgangers en weet te melden dat negentig procent van degenen die er voor het eerst komen van plan zijn terug te komen en dat men inderdaad gemiddeld vier keer naar toegaat. Algemene teneur van de antwoorden: men vindt het bij het festival, wat men in de kerk niet (meer) vindt. Roos vraagt zich wat verontrust af wat dit het precies is.

Aan het andere einde van het spectrum weet ook het Dominicaans centrum in Huissen volop jongeren die geen kerk zijn binnen te krijgen de geleefde religie – zoals onderzoeker Ton Zondervan het noemt – van de kloosterlingen aan te trekken. Met andere woorden: jongeren kunnen het tegelijk zoeken in het lawaai van christelijk goedgekeurde bands die niemand buiten het eigen circuit kent, of in de stilte van een
klooster.

Deze tegenstrijdig aandoende gegevens illustreren de ongrijpbaarheid en onmeetbaarheid van hoe jong Nederland er voorstaat op religieus gebied. Op een seminar getiteld Ze geloven het wel werd donderdag 17 januari in een redelijk gevulde zaal in de Vrije Universiteit een literatuuroverzicht gepresenteerd over hoe het onderzoek naar jongeren en religie er voorstaat in Nederland. Dergelijke
overzichten komen onveranderlijk tot de conclusie dat er meer onderzoek geboden is (de auteurs vermelden er dan bescheidenheidshalve niet bij: door ons, maar dit wordt meestal wel bedoeld). Het publiek werd hierin niet teleurgesteld. Sterker nog: behalve de jonge moslims zijn de meeste jongeren in Nederland in religieus opzicht niet in kaart gebracht. De ouders van de huidige jongeren vormen al de generatie die de kerk in meerderheid verlaten heeft, en voorzover dit niet het geval is, is kerkgang voor jongeren vanaf hun vijftiende problematisch – een punt van onderhandelen, zoals de onderzoekers het met understatement noemden.

Maar niet naar de kerk gaan betekent niet, dat er niet geshopt wordt op de reli-markt, of aan knip-en-plak-godsdienst gedaan wordt (ook wel bricolage genoemd door de onderzoekers), termen die vooral de tegenstrijdigheden van religieuze speurtochten van vandaag illustreren. Ook wie in de Kerk blijft lijkt dit te doen op grond van een keuze voor een identiteit, zodat de jongeren die blijven in het algemeen een conservatievere houding aannemen dan hun ouders, en eventueel tot fundamentalisme neigen. In deze houding lijkt er een convergentie tussen moslims en christenen (andere godsdiensten kwamen eigenlijk niet ter sprake). Een opmerkelijk onderzoek dat gepresenteerd werd, dat alle hedendaagse tegenstrijdigheden leek weer te geven, was van Stef Aupers, die onderzoek had gedaan onder online spelers van World of Warcraft. Spelers ervaren hun spel als een stap in een ongecompliceerde natuurlijke wereld, vrij van high-tech. Dat veel religieuze uitwisseling en vorming van nieuwe gemeenschappen onder jongeren plaatsvindt
op het internet lijkt wel duidelijk. Uren doorgebracht aan de computer, die worden ervaren als een stap in een computerloze wereld vormen wel een bijzondere illustratie hoe een massaproduct uit de populaire cultuur religieus of spiritueel – het onderscheid is ook vaag – beleefd wordt. Er werd ook overeenkomst gezien tussen Marokkaanse jongeren die massaal naar bepaalde religieus getinte concerten gaan en EO-Jongerendagen.

Maar het is de vraag of de jongeren dit zelf zo zien,
van beide kanten. Hoewel de presentatoren (Monique van Dijk, Martijn
de Koning
, Joris Kregting en Johan Roeland) van het literatuuronderzoek en verscheidene referenten aan de jonge kant waren, was er slechts een referent die tot de beschreven groep behoorde: imam Yassin El Forkani uit het Amsterdamse Slotervaart. De imam sprak min of meer de taal van de straat, niet grof, wel direct: de jongeren die ik over dit onderzoek heb gesproken, zei hij, trekken er hun schouders over op. Wat machteloos werd hier door diverse onderzoekers op gereageerd in woorden die moeten imponeren maar die vooral de onbereikbaarheid van het onderwerp nog eens onderstreepten: meso-niveau, perennialiteit, tot en met sociaal enkeedzjment. That
don’t impress me much
.

Net als het zoeken naar “hedendaagse popmuziek” en eigentijdse jongerentaal (“Jezus is veeeet” meldde een EO-jongere via de powerpointpresentatie – maar is dat wel eigentijds genoeg inmiddels?) is misschien het speuren naar de religiositeit van jongeren een tasten naar het ongrijpbare. Een troostende gedachte: godsdienstsocioloog Hijme Stoffels wist te melden dat
hier zestig jaar geleden ook al over getobd werd, onder verwijzing naar Jeugd tussen god en chaos van N.G.M. van Doornik, uit 1948.

- Januari 2008 voor News4all

Portfolio: De dorpsjeugd klit wat bij elkaar, of: De onverdraaglijke gluurdersmentaliteit van de EO



Het videootje is een live optreden van Mary Chapin Carpenter in 1992 met Hearts in her eyes, een nummer dat oorspronkelijk van waveband The Records is (1979) en dat gecoverd is door Merseybeatband The Searchers, die in de new wave-tijd opmerkelijk genoeg artistiek hun beste periode hadden – maar van geen van beide groepen is vooralsnog op het net een acceptabele video te vinden. In feite is deze ook al op het randje. Een vrouwelijke kijk op een meisje dat niet genoeg jongens kan verslijten op een avond en dat pas tot rust komt als haar hart geheel gevuld is met vreugde. Als goede gitariste is MCC trouwens een ontdekking voor mij.
They don’t make’em like that any more - of wel? Er is geen spoor van oordeel laat staan veroordeling in het liedje te bespeuren, de mannelijke uitvoerenden laten zelfs weten dat ze het over my girl hebben – dat kan Mary Chapin niet doen zonder voor verwarring te zorgen – wat dan ook wel weer leuk zou zijn. In de hoogtijdagen van de Tweede Feministische Golf moest je als man de zon wel in het water kunnen zien schijnen en de hartjes in de ogen van je vriendin waarderen. De knagende vraag is: en die jongens dan?

Ik moest aan dit nummer denken dankzij de link naar de site van een EO-televisieprogramma waarop een meisje laat weten dat ze geen nee kan zeggen tegen seks. Op de stills waarop ze alleen staat heeft ze prachtige, amandelvormige ogen (en toch “autochtoon”?) en een behoorlijk volwassen voorkomen. Met vriendjes afgebeeld – ons wordt verlekkerd aangekondigd dat ze in het dorp van hand tot hand gaat – is zij niet om aan te zien. Het is zo duidelijk in scène gezet, denk ik, enfin bekijk zelf de foto’s maar. Misschien zijn ook achttienjarige meisjes groter in hun eentje dan met de jongens met wie – daar moeten we van de EO goed van doordrongen zijn – ze zich afgeven.

Vervelend om aan EO-bashing te doen, maar ze maken het hier ook zo makkelijk. Wat een dubbele moraal enerzijds en wat een gluurdersmentaliteit anderzijds. Seks is een consumptieproduct, wordt ons vermanend verteld, kan dat niet anders? Waar heeft u het toch over, denk ik dan. Met in mijn achterhoofd de dagen waarin ik zelf – begrijp ik nu – hartjes in mijn ogen had waagde ik mij aan de quiz op de site. Afgezien van de overvloedige spelfouten van het type “ik wordt” dacht ik bij de vragen: op wie richt u zich? Zeggen ze niet vooral iets over uw moraal in plaats van die van de jongeren die van ontsporing afgehouden moeten worden?

Bj de uitslag blijkt de EO dan plotseling meer van deze tijd, die er in het 1979 van Records en Searchers ook al was, dan ze suggereren. Ik ben een pleaser en een goeierd die best wel wat meer aan zichzelf mag denken. En ik wilde nou juist wel eens degelijk bestraffend toegesproken worden over gedoe met meer dan een meid (zo noemen ze het dan) in een weekeinde – voorbij voorbij, maar de Straf riep ik tenslotte vrijwillig over mijzelf af. Een anticlimax hoor, zo’n uitslag. Staat u nu klaar voor het werpen van de eerste steen of niet?

Ach wat, het is allemaal een poging kijkcijfers te scoren. Gelukkig komt er na het darts weer snooker (de Masters!) de komende week, echte mannen in de weer met een paal en ballen. De EO krijgt mij niet aan het loeren.

- Januari 2008 voor News4all

29 oktober, 2016

Haal je eerste gebroken hart maar elders

Bobby Vee, zanger van mijn (pre-)puberjaren.

Rubber ball, wel heel sterk geïnspireerd door Buddy Holly.


Take good care of my baby


More than I can say. Op de een of andere manier schoot mij dit regelmatig te binnen in het vorig decennium als ik de eerste duinvallei vanaf het strand betrad. Persoonlijk atavisme. Oorspronkelijk van de Crickets, met wie hij trouwens een album heeft opgenomen.


Come back when you grow up. Plotseling was hij (nog even) terug in 1967 met dit nummer, dat nu ik het beluister, nogal treurig is. Op elpees uit die tijd heeft hij verschillende Motown-nummers opgenomen die het volgens mij anoniem wel zouden kunnen doen op de Northern Floor. Hiervan zijn geen filmpjes.

22 oktober, 2016

Knieën om op te stemmen

Dave Cash overleden...


Knees. Met Kenny Everett. Volgens mij nooit gedraaid op de Big L, wel iets anders met de tekst "Knees are here to stsay / vote for knees on election day". Het lichaamsdeel was doorheen de verdere levenstijd van Radio London een running gag, dat wel.


The 'B' side. De andere kant van bovenstaand plaatje.


Ramrod, Duane Eddy. Themetune van zijn middagprogramma.


Groovy baby, Microbe, achter welke naam blijkbaar Dave Cash schuilging.

17 oktober, 2016

Bij de dood van Dario Fo

Dario Fo, Nobelprijswinnaar, theaterauteur van de gramsciaanse linkerzijde, is op negentigjarige leeftijd overleden.
Hier een televisieregistratie van zijn Mistero Buffo, jawel, in het Italiaans.



De soundtrack van de uitvoering door de Internationale Nieuwe Scène, er is verder niets te zien aan



Het repertoire van de Nieuwe Scène draaide om de teksten van Dario Fo, de muziek om Wannes van de Velde. De groep is de sektarische "leiding" door trotskisten op de achtergrond altijd ontstegen.

De profeet van de Blauwe Revolutie

Omrop Fryslân met een radiodocumentaire over ds. Jaap Ketelaar uit Drachten, die in zijn baptistengemeente de revolutie predikte - en dat in het achteraf zwaarbeladen jaar 1968. De Blauwe Revolutie. Binnenkort meer.


Omrop Fryslân: ‘Buro de Vries: ‘De Blauwe Revolúsje fan ds Ketelaar’’ from NL Awards on Vimeo.

08 oktober, 2016

Op zondagmorgen terug naar Cuba


Luis Aguilé, opgedragen aan de vluchtelingen voor de revolutie: Cuando salí de Cuba.


Sandpipers, wonderlijk vervolg op Guantanamera


De Tremeloes hebben er iets heel anders van gemaakt, de eerste Engelstalige versie, althans van de melodie
Once on a Sunday morning

05 oktober, 2016

De losse handjes van Jimmy Savile

Zondagavond vergat ik te kijken bij de uitzending op televisie - het wil er nog wel eens bij inschieten als je eigenlijk nog nauwelijks kassie kijkt. Maar dan is er het andere kassie, waar u nu ook naar kijkt (tenzij u op uw telefoon kijkt, maar dat is ook een kassie).
Het was achteraf onverstandig hier naar te kijken in de vroege nacht voor het slapengaan, maar dan heb ik het over mijzelf en de nachtmerrieachtige dromen die het opriep. Louis Theroux, die een televisieportret had gemaakt van Jimmy Savile komt na jaren, en na de lawine van onthullingen, terug op het onderwerp van toen.
De rare excentrieke dee- en veejay was niet alleen excentriek. Enkele slachtoffers komen in beeld met haar verhaal. Maar is zijn persoonlijke assistente, die het allemaal niet gelooft - niet wil geloven, want er wordt een groot gat in je leven geslagen - niet evenzeer slachtoffer? En Theroux zelf, die zich in de maling genomen voelt of langzamerhand weet door iemand die hij op zeker moment als vriend beschouwde. En zich moet troosten met de gedachte dat ook iemand die door en door slecht is iets goeds kan doen. En daarmee nog geen goed mens wordt.

Ik geef u dus de raad niet voor het slapen gaan te kijken. Maar wel spoedig, want blijft dit lang staan?

04 oktober, 2016

De kinderen van het land doen zich te kort

Twee jaar geleden heen en terug naar Loughborough las ik De hanenbalken van Lizzy van Leeuwen, en zoals het gaat met boeken-mee-op-reis bleef het halfweg gelezen liggen daarna. Dezer dagen heb ik het weer opgepakt.
Een uittreksel van de documentaire Les fils de la terre van Edouard Bergeon, waarin de hoofdpersoon halverwege een zelfmoordpoging doet.

Les fils de la terre [extrait] from FIGRA on Vimeo.

03 oktober, 2016

Een vergeten neokolonie: Lesotho

Het koninkrijk viert morgen zijn vijftigste onafhankelijkheidsdag. Na onrust die volgde op wat aan de noordkant van het continent gaande was is alle oppositie gesmoord, het land uitgejaagd na een staatsgreep die geen staatsgreep mag heten. Het land bouwt dammen voor de elektriciteits- en watervoorziening voor Zuid-Afrika. Belangrijkste exportproduct: textiel voor de VS. Een ngo-woordvoerder (Transformation Resource Centre): "Lesotho is een klein land. Het heeft geen vooruitzichten op het afsluiten van houdbare of eerlijke handelsoverenekomsten."
Bron.

02 oktober, 2016

De grote vogelintocht

Iets wat ik althans makkelijk vergeet: merels en andere lijsterachtigen zijn geen standvogels, maar het lijkt alsof zij het zijn. De lente- en zomermerels vertrekken naar het zuiden, liefst Groot-Brittannië, vanuit Nederland, en in Nederland komen de Scandinavische. Er kan weer gezongen worden:

In de wintermaanden barst het in de bossen van de merels, zanglijsters en roodborstjes. In het elzensingelgebied op het eiland zitten juist heel veel koperwieken en kramsvogels. Dit zijn allemaal noordelijke wintergasten, op enkele ‘eigen’ merels en roodborstjes na. Deze vogels druppelen niet rustig binnen, maar maken en masse de grote oversteek vanuit Noorwegen de Noordzee over.
Terschelling lijkt een aankomst- en doortochtpunt. De grote binnenkomst wordt nog verwacht.

01 oktober, 2016

Mysterieuze eend

Als we toch weer eens op zee zijn, een portietje themetunes.

Walking with Mr. Lee, Lee Allen & his band. Pete Brady, Radio London


Fuzz duck, Jerry Allen. Tony Brandon, Radio London


Man of mystery, Shadows. Hal Yorke op Radio 270.