08 december, 2013

Boekenkasten en Herman(n) Wolf



Als ik vaste trouwe lezers v/m heb - wat een hovaardige gedachte - kunnen zij weten hoe ik door middel van een zoektocht naar de filosoof Herman(n) Wolf de beklemmende site joods monument heb gevonden. Ruim een week nadat ik de correctie of aanvulling op de treurige "persoonskaart" van de filosoof op joodsmonument had doorgegeven bleek er verdere werking ten aanzien van hem in gang gezet. Hij had wel degelijk familie blijkbaar.

Ik heb de man uitdrukkelijk genoemd in verband met de barbaarse aanval op mijn bezittingen door de criminele organisatie die zich Woonstichting DeKey noemt: georganiseerde boekverbranding achteraf. Ik voel(de) een speciale betrokkenheid bij deze eenzame denker, eenzaam in de zin dat hij niet verbonden was aan de academie, net zoals Antoon Vloemans en Felix Ortt. Wolf en Ortt moeten elkaar gekend hebben maar ik zou mij kunnen voorstellen dat Wolf aarzeling had Ortt te noemen (hij wordt door Ortt een keer genoemd, waardoor mijn aandacht gewekt was). De Jood als symbool voor Het Kwaad in Felicia kan niet door de vingers gezien worden, hoezeer je "alles ook in zijn tijd" kunt willen zien. Die tijd was in de jaren dertig toch al anders. En Wolf heeft het niet mogen meemaken dat Ortt zijn eigen zoon (ook) geslacht zag door de moffen en hoezeer de bezetting hem vooral vanwege de Jodenvervolging van zijn principiële geweldloosheid heeft "afgeholpen" - opmerkelijk en treurig.

En dan sta ik op een redelijk zonnige herfstzaterdagmiddag in een gewone Nederlandse boekhandel. Ik zie een boekje van Joosje Lakmaker, die ik ooit als klapvee van de trotskisten heb ontmoet maar daar is zij vervolgens al schielijk vertrokken - over haar opa. Voorbij de Blauwbrug, veel meer hoeft er al niet gezegd dan. Ik zie een dikker boek, een paperback noemde men dat vroeger, van Leoni Jansen, die ik ook (meer dan eens) ontmoet heb in de jaren zeventig - zij vond dat mijn vriendin niets van haar lichaam wist te maken, wat meer over haar zei dan over Vriendin. Op een pelgrimstocht naar Santiago de Compostela begint er bij haar iets te kriebelen over haar foute vader (zo staat het er allemaal). Ernstig foute vader blijkbaar en dit moet zij mededelen in een boek.

En in de belendende kast "Filosofie" zie ik nog een boek van een generatiegenoot over zijn opa. Paul Scheffer, die ooit zeker wist dat de CPN de partij bij uitstek was voor alle werkende mensen en hierna de Bolkesteintoer ging volgen door over multiculturele drama's te schrijven. De belichaming van La trahison des clercs.
Zijn opa heet Herman Wolf. Zo heet de pil die hij over hem geschreven heeft.
Herman Wolf, beste mensen van joodsmonument, had dus familie, nazaten zelfs.
Of Scheffer in de filosofie van zijn opa geïnteresseerd is is een vraag die in het boek ongetwijfeld niet beantwoord zal worden.
Ik heb geen boekenkast meer, ik heb eigenlijk niet eens een eigen huis dankzij de barbaren, politieke vrienden van Scheffer. De liefste geleidt mij tactisch naar een tapperij in mijn boosheid - waar draait die boosheid om?
Bij dezen dit verslag.

Geen opmerkingen: