07 december, 2008

Verdere losse notities over een LGAT


Elders op dit weblog had ik al in verband met Stoïsche notities geschreven:

Bij een van die trainingen waarover ik het hierboven had hoorde een "proces" waarbij je met de ogen strak gesloten je moest inbeelden dat je een door jou bewonderde historische figuur was. Met de ogen dicht zou je jezelf in de spiegel bewonderen.
Ik was Marcus Aurelius, beken ik nu, keizer met onkeizerlijke, zelfs antikeizerlijke gedachten, zoals vastgelegd in de Meditationes, wat simpelweg met Gedachten te vertalen is (en hoe dan ook een niet zelfgegeven titel is voor zijn persoonlijke notities).
Wat mij bij het opschrijven van de naam van deze persoonlijke held/antiheld, die anarchistisch natuurlijk volstrekt onverantwoord is, te binnen schiet is dat ik met de ogen dicht in de virtuele spiegel een man in een minirokje stond te bewonderen. Jazeker, ik streek het rokje met welbehagen glad. Een gedachte die mij alsnog tot schateren brengt. Dat Marcus Aurelius zou worden bekeken zoniet ingerekend als travestiet - of nog erger: zou worden gezien als metroseksueel, als u nog weet wat dat was - is zo absurd dat dit bij mij tijdens de training niet opkwam en het zou de man zelf ook als ongerijmd hebben moeten treffen. Vergeet dat hij keizer was en desnoods dat hij Romein was en neem kennis van zijn gedachten, kan ik alleen maar zeggen... Overigens schreef hij zijn dagboeknotities in het Grieks.


Zou ik ooit op het idee gekomen zijn dit zo maar op een dag door de week in mijn eentje of in gezelschap te doen? Natuurlijk niet. Een training als Essence biedt het kader voor een dergelijke identificatie. Het is niet het slechtste dat je er van overhoudt.

*


Taalgrootmeester Johan Cruijff is er een kei in, en vele voetballers, wellicht in navolging, doen het ook: je zeggen waar ik bedoeld wordt. Ja, je staat voor het doel en je hebt maar een gedachte enzovoort enzovoort, reuze interessant. Maar ik als kijker stond niet voor dat doel, Frank, jij stond daar.

Bij een training als Essence wordt het je wel afgeleerd de tweede persoon te gebruiken als toch echt de eerste bedoeld wordt. Dat ik hier blijvend attent op ben is als resultaat te boeken. Natuurlijk, ook in het Nederlands bedoel je men als je de tweede persoon gebruikt zoals in deze zin. Maar er zijn dingen die niet zomaar in deze vorm gezegd kunnen worden. Niet extrapoleren waar dit niet gepast is.

*


Een van de processen, zoals de oefeningen genoemd worden, is een vertoog dat je moet afsteken tegen je ouders, elk afzonderlijk. Nu heb ik mijn vader nauwelijks gesproken. Mogelijk heb ik door zijn voorlezen vroegtijdig leren lezen, hij heeft mij het alfabet leren opzeggen en verder?
Hij kneep er tussenuit toen ik zes was, na veel tijd in het ziekenhuis gelegen te hebben. Het desbetreffende proces bood de gelegenheid tot mij door te laten dringen dat ik ook wel boos mag zijn zo in de steek gelaten te zijn.
Bij nadere beschouwing is dit onredelijk en zelfs inhumaan. Hij had het niet voor het kiezen. Maar ik als kind ook niet. De training vraagt vergevingsgezindheid voor je ouders, die om het op zijn Van-Oekels te zeggen, ook maar eenvoudige boerenlullen zijn en het vak nergens geleerd hebben. Het is ook geen vak.
Een residu van dit besef is bij mij wel gebleven.

*


Aanvallen van onberedeneerde vergevingsgezindheid blijken niet meer dan ze zijn: aanvallen. Ze ebben weg. Als je last van vergevingsgezindheid hebt komt het niet speciaal door de training. Ik heb geen enkele bevoegdheid een endocrinologisch oordeel te geven, maar ik vermoed dat bepaalde euforische stemmingen hiermee verklaard kunnen worden. Het is niet blijvend.

Ik noem de trainingen een vakantie in Havens West omdat ik erna, in Amsterdam en in Groot-Brittannië, in de zonnige dagen van zo'n lange broeikaszomer blijkbaar "iets" had wat onbekende vrouwen op straat mij spontaan liet groeten, lief aankijken en zelfs achter op mijn fiets deed springen onder het motto "jij wil mij vast wel een lift geven". Maar nu ik er bij stilsta om er over te schrijven dringt tot mij door dat ik dit wel eerder heb meegemaakt, tot en met het laatstgenoemde aan toe. Het was wel een gecondenseerde en verhevigde versie. Een herinnering die blijft - en waarvan ik met enige spijt moet vaststellen dat het de laatste keer geweest zal zijn -, iets waarvan ik mij kan afvragen of dit nu het geld waard is geweest, maar laat ik niet centenknijperig doen. Ik kan u alleen niet garanderen dat u het ook zult meemaken. U vindt het verder wel in de zoekmachine en op Kleintje Muurkrant, niet?

Geen opmerkingen: