25 augustus, 2009

En God voor ons allen


December jongstleden maakte een kameraad mij attent op uitgeverij Het Zinkend Schip, waar haar eigen werk is uitgegeven en op de fondslijst waarvan ik een heruitgave van J.H. Gunnings Anarchisme (1895) aantrof. Waarschijnlijk de eerste (en zo goed als de laatste meteen) academische uiting ten aanzien van een mogelijke synthese van christendom en anarchisme in Nederland (door Gunning afgewezen). Ik heb het IISG getipt over de heruitgave en daar ter plaatse het origineel bestudeerd, waarvan de sporen hier terecht zijn gekomen en in de bundel Religious anarchism: new perspectives.
De site met de fondslijst van Het Zinkend Schip is evenwel onvindbaar (geworden).
Door de serendipiteit van de internetspeurtocht ontdekte ik de site (het weblog) dat thans dienst doet, en dat al tot verscheidene posten heeft geleid hier. En schaamteloos neem ik dit citaat over van Goede Aletrino, zoals Jacob de Haan hem tot zijn chagrijn noemde in Pijpelijntjes:

Is er een grooter bewijs te vinden voor de absolute incompetentie van iemand om een menschenziel te begrijpen en te voelen, dan de instelling en vooral het laten voortbestaan van een gevangeniscel? Begrijpt en weet men dan niet, welke invloed er op een mensch ten goede kan uitgaan van zonneschijn, van licht, van het leven met een huisdier, van het voor zich zien van bloemen? Begrijpt men dan niet, dat een grauwe wreedheid van een Nederlandsche gevangeniscel, per se iemand, die nog een greintje gevoel heeft op den lange duur moet verharden; zijn verstand doen versuffen, iemand van weinig gevoel niet beter maar eer slechter moet maken, omdat hij het mooie mist, dat om ons bestaat en dat zoo’n grooten invloed ten goede, al is die dikwijls onnaspeurbaar, op ons gemoed en op onze ziel heeft. Voelt men dan niet het botte, het harde, het bedervende van een omgeving, waarin niets ooit voor de pijnende oogen kleurt dan alleen een vaal grijs, een grauw, zoo smeerig en dof als het sentiment, het meegevoel, het gevoelig-zijn voor schoonheid, de heerlijkheid van boomen, van bloemen en van blauwe luchten van hen, die maar altijd blijven vasthouden aan het celsysteem en geen pogingen ooit doen om deze onmenschelijkheid, deze onnutte plagerij, dit gevolg van gebrek aan inzicht in het zieleleven van den mensch, uit de wereld te krijgen.
- Arnold Aletrino, Is celstraf nog langer geoorloofd en gewenscht? Amsterdam, 1906, pp. 77-78.


Abolitionisme uit 1906.

Laveer naar het zinkend schip, verneem de noodkreet inzake behuizing en het weblog van de uitgever zelve, Fernand Ronsmans. Een waarachtig soixante-huitard!

Geen opmerkingen: