31 maart, 2013

Langs bij de oude - Een dag in november - De zon tegemoet - Portfolio 4

1. Langs bij de oude

Het pad wordt steeds smaller, het bos steeds donkerder. Ergens in dit bos woont Vader Ljew Borisewitsj Medwedew, een beroemd starets die raad weet met alle vragen die een zondig mens kunnen kwellen.
Wat ritselt daar? Hemel, het is een reusachtige beer, nog geen tien passen van mij af. Ik blijf stokstijf staan, de beer heeft mij gezien. Hij kijkt mij aan - is hij mij welgezind? Na twee minuten kijken lijkt hij verveeld en loopt hij langzaam het bos in.

Na een tijdje wachten heb ik de moed verder te lopen, kom op een open plek - daar is de houtvester. "Weet u waar Ljew Borisewitsj is?" "Die heb je net gezien, ongelukkige, en je weigerde hem te herkennen."

2. Een dag in november

Ik had het op mij genomen een heuse Roman te schrijven die maand, Nanowrimo, het motto dat je deed beseffen dat velen met jou met de geest en de tekst worstelden. Misschien een brievenroman.

Ik begon aan een brief aan een gevangene, die opgebeurd moest worden. Ik vertelde hem van wat ik kon opblazen tot een vrijage met een meisje in een - "green short dress"? of moest ik schrijven "short green dress"? Twee verschillende mededelingen.

Mijn afwegingen werden onderbroken door een telefoontje van Lief. Zij had drie kwartier moeten wachten voor zij bij haar werk kon komen. Er werd geschoten bij de ingang door een man die naar zij zei Theo van Gogh had doodgestoken.

De roman kwam af.

3. De zon tegemoet

De eendagsvlieg streek neer naast het boek dat ik las aan tafel, onder de lamp.
"Aangenaam, mijn naam is Arie," zei het dier. "Ik ben een nazaat van Anna, waarschijnlijk de beroemdste eendagsvlieg die jullie mensen kennen."
"Wat kom je hier doen, Arie?" vroeg ik.
"Wat nababbelen. Ik heb mijn taak volbracht, heb de liefde bedreven met Greta, die legt eieren op het water en verdrinkt. Ik ben hier net ontkomen aan een vleermuis."
"Een beweging van mijn hand en je bent er niet meer, besef je dat wel?" zei ik.
"Dat doe je niet, zo ben je niet." Hij leek mij te kennen.
"Wat is dat voor lekker warms daar?" vroeg hij. Hij vloog naar de lamp en stierf.

Geen opmerkingen: