04 mei, 2014

Mijn ziel is weg, zij gaat haar eigen gangen


"Mijn ziel is weg, zij gaat haar eigen gangen." Een zinsnede in het derde ten gehore gebrachte lied die mij scherp trof bij de opvoering die ik in 1974 heb beleefd. De ziel staat los van het lichaam dat afgebeuld wordt in de kapitaalsverhouding.
Silvia Federici stelt dat "het lichaam" als te koloniseren object tot stand komt in het kapitaal, een proces dat deze verhouding tot stand brengt. De vervreemding waar Marx over schrijft: het lichaam is voor uren verkocht, waar de geest/ziel elders kan vertoeven. Dit geldt bij uitstek hen die geen geest of verstand meer hoeven te gebruiken voor werk waar dit uitdrukkelijk niet vereist is.
(Misschien moet de geest bij het geestloze werk aanwezig blijven, de ziel kan haar eigen gangen gaan).

Dit proletariaat is inmiddels grotendeels verdwenen in wat men het ontwikkelde deel van de wereld belieft te noemen. Degenen die "arbeid" verrichten hier moeten hun hoofd er bij houden en dit hoofd moet ingesteld zijn op de gedachte dat dit de beste aller werelden is. Zogenaamde geschoolde werkers zijn de steun en toeverlaat van de orde. Dan moet dit "werk" wel voorradig zijn. Het arrangement dat afgebroken wordt waar wij bij staan.

*

Gedachten die langskomen bij de opmerking van mijn zwager over zijn geest die inmiddels eigenlijk losstaat van het pijnlijke lichaam. Of die dualiteit inherent is aan het leven - vermoedelijk wel.
Een flits die even het verband herstelt tussen de strijd tegen het kapitaal en het zich verdiepen in geest en ziel. Dit laatste als op den duur belangrijkste preoccupatie van anarchisten als Ortt en Berdjajew. Ik vergeet deze samenhang wel eens.

Geen opmerkingen: