14 maart, 2014

Gemengde gevoelens over Tony Benn

Anthony Wedgwood Benn, al tientallen jaren de linksbuiten van de Britse Labourparty, is vanochtend 14 maart 2014 overleden op 88-jarige leeftijd. In de nabeschouwingen zal vooral zijn positie op de linkervleugel in de partij van Kinnock, Blair, Brown en Mandelson behandeld worden en daar is reden toe. Er is wel nogal veel gal gespuwd ter gelegenheid van zijn overlijden, hem wordt verweten dat hij de gelijkschakeling van de Labourparty in de weg heeft gestaan. Hiertegen dient hij zeker ook postuum verdedigd te worden.
Maar het is niet het hele verhaal.

De tweede burggraaf van Stansgate gaf zijn adellijke titel op om lid van het Lagerhuis te kunnen worden en langs deze weg minister. Bij de overzichten naar aanleiding van zijn overlijden, voorzover er überhaupt aandacht aan besteed wordt in Nederland - want Nederland had nog niet zo lang geleden heel veel buitenland, maar heeft nu toch vooral heel veel binnenland - zullen vooral zijn buiten de orde vallende standpunten in de Britse politiek vermeld worden. Uitdrukkelijk tegenstander van de Britse oorlogspolitiek, en ook nog eens christen-socialist. Dit laatste verwoordt hij kernachtig en kort in dit filmpje.



Iedereen heeft het recht om van standpunt te veranderen, op zijn of haar schreden terug te komen, of, om het in bijbelse termen uit te drukken: een werker van het laatste uur te zijn. De ommekeer bij Benn kunnen we dan nog niet eens het laatste uur noemen. Hij werd radicaal na een technocratisch ministerschap in verscheidene Labourkabinetten. Als Postmaster General, destijds de naam voor wat toen in Nederland Minister van Verkeer en Waterstaat werd genoemd, zette hij de Marine Offenses Bill door, die het Britse burgers verbood mee te werken aan zeezenders. Ik kan moeilijk het gevoel van beroofd zijn van mijn muziekbron uit mijn eigen geschiedenis wegpoetsen. Gelukkig bleef Caroline nog even zodat Stevie Merike en Bud Bullou mij geholpen hebben bij het voorbereiden van mijn eindexamen. Dat was niet de verdienste van Benn.


Het meest symbolische nummer verbonden aan de Marine Offenses Bill 1967: A day in the life,The Beatles

Dat de deejays van al die zeezenders werkloos werden was ook niet zo belangrijk vanuit Labourstandpunt - en dan noem ik de meest opvallende werkloos gemaakten eerst: bemanning, technici, bevoorrading en niet te vergeten de in de jaren zestig prominente platenindustrie van Groot-Brittannië, hoeveel mensen er gebroodroofd zijn is niet meer na te gaan. Ik zie Billy Bragg Tony Benn uitgeleide doen met het passend commentaar dat laatstgenoemde weerlegde dat je bij het ouder worden alleen maar rechtser wordt. Dat klopt. Hij vond van zijn partijleider Blair dat die als oorlogsmisdadiger vervolgd zou moeten worden.

Vervelend nu, die geraamten in de kast uit de tijd van zijn ministerschap in de jaren zestig. Ik speur er naar op het net en ik vind geen aanwijzingen van openlijk beleden spijt van Benn - niet zozeer over het wegvegen van de zeezenders maar zijn medeverantwoordelijkheid als kabinetslid voor twee vanuit Londen geleide genocides.

Want zo mag de diefstal van de Chagos-archipel genoemd worden: eilanden die ontruimd werden om de VS een basis midden in de Indische Oceaan te bezorgen, waarbij glashard gelogen werd dat de eilanden onbewoond waren. En ach, de bewoners v/m waren toch donkergetint.


Stealing a nation, John Pilger

En het beleid van quick kill tegen de Igbo die zich onafhankelijk hadden verklaard als Biafra. Volledige inzet van wapenleveranties en diplomatieke ondersteuning aan "Nigeria" ten dienste van de oliemaatschappijen en Unilever, onder andere, daarvoor tekende het kabinet-Wilson met Benn er in. Hierover heb ik in verband met een ander sterfgeval nog pas twee weken geleden geschreven.

Het is niet aan mij om namens anderen te vergeven.

Geen opmerkingen: