04 september, 2013

Oog in oog met een reële koe

Het kan in Belfast heel stil zijn, zelfs - toen ik er de eerste keer was hing er de helikopter van de SAS permanent in de lucht te jakkeren bij de Divis Flats - ondanks het Britse oorlogslawaai. Maar stiller nog is het op Árainn, een klein eindje de Atlantische Oceaan op. Toen ik een makker in Belfast vertelde wat mij het meest fascineerde op het eiland begreep hij het toch - wantrouwend als hij was als protestant over de katholieke bevolking: de stilte. "It makes you feel closer to God." Ik vond het mooi geformuleerd, ik zou het niet zo gezegd hebben, dacht ik toen, en nu lees ik een stuk terug dat ik bij wijze van archeologische oefening zometeen hier (her)publiceer waarin ik dit in feite ook stel.
In 1994-95 was de toeristische ervaring een leidthema voor de Academie voor [van] Ambulante Wetenschappen.

Ik ben twee keer op Árainn geweest, het voelt anders en het was blijkbaar de tweede keer anders dan de eerste (toen ik met gezellin was en in de lente, en de tweede keer alleen in het begin van de herfst). Over het tweede bezoek heb ik hier, hier en hier geschreven.

De interne zoekmachine levert mij (nu) niet de oog-in-oogontmoetingen op met zeehonden en een hermelijn, het Australische meisje dat wandelend over het eiland trok en met wie ik de gelegenheid tot foto's maken heb gewisseld: zij een meertje met zwanen, ik een tegenoverliggend weilandje met koeien, en het spookverhaal dat ik ter plaatse vernam en dat in ieder geval hier in Avondontmoeting een weerslag heeft gevonden. Misschien spookt ook de zoekmachine.


Na de lezing, waarvan ik mij niet meer herinner waar zij was (Utrecht?), trad Arjen Mulder als coreferent op - hij bleek regelmatig bezoeker van de eilanden en vond dat een koe op Aran veel reëler was dan in Nederland, vandaar mijn wens mijzelf vast te leggen met wat koeien. De foto is mislukt, het lag niet aan de Australische.
Ik presenteer Cill Rónáin 1994 nu hier, in het besef dat weinigen de lezing hebben meegemaakt en iets meer mensen, maar nog steeds weinigen, de tekst gelezen hebben in Arcade #5. Een flink deel van de oplage zou alsnog in de papiermolen eindigen, ik heb een doos bewaard die ook nog tegen de barbaren verdedigd moest worden en Arjen heeft ook het een en ander gered ("Het zou toch zonde zijn als deze rotzooi was weggegooid").
Enkele foutjes heb ik gecorrigeerd, een heb ik moedwillig laten staan. Ik moet ook eerlijk zeggen dat ik de bovenstaande film te zien kreeg laat op de avond na de reis naar het eiland bij een speciaal aangestoken haardvuur, het was moeilijk de ogen open te houden. Flaherty's Louisiana Story heb ik met veel genoegen op het witte doek gezien later.

Het was een kwestie van overtikken want de digitale versie stond op een 5,25 flop of op mijn eerste computer die in ieder geval de aanval van de barbaren niet heeft overleefd. Overtikken brengt je wel dichter bij je eigen, toch ook weer zo vreemde, tekst.

Geen opmerkingen: