26 februari, 2012

Bittervoorn en schildersmossel


Een prachtig voorbeeld van symbiose - wederkerig hulpbetoon - is de wederzijdse broedzorg tussen bittervoorn en schildersmossel. Godbetert het ministerie van economische zaken gaat tegenwoordig over deze onderwerpen onder de treffende naam mineleni (wie bedenkt dit toch allemaal?). Het gaat niet goed met de schildersmossel en dus niet met de bittervoorn, tengevolge van mechanisch sloten baggeren.

Het verhaal van de broedzorg staat hier uitgebreid, inclusief een illustratie die ik arresteer, ik ken haar uit boekjes over het slootleven. Maar hier staat het al te lezen: het is niet geheel wederkerig, de mossel is niet kieskeurig en beperkt zich niet tot bittervoorns.

Nu wordt de bittervoorn, die officieel beschermd is, voor vreemdeling uitgemaakt omdat de soort pas in de twaalfde eeuw opdook in West-Europa en pas echt verspreid raakt met de kweek van karpers. "Sportvissers" staan te popelen de bescherming van de soort afgeschaft te zien. Aan het mooie verhaal van de symbiose zit dus weer van alles aan narigheid vast.

Geen opmerkingen: