09 mei, 2011

Ortt en Van Eeden, toch eerstelingen


Een email die ik niet heb kunnen versturen naar aanleiding van een commentaar.


Weledelzeergeleerde mevrouw Vermeer,

Eerlijk gezegd kan ik mij er inderdaad niet toe zetten een boek op het internet te lezen, hoe verkleefd ik verder misschien ook ben met het net. Afgezien van mijn persoonlijke situatie van de afgelopen maanden (nog lopend).
Goed om te horen dat er een Gutenbergversie van uw dissertatie is.
Ik heb de zin over die Mohikanen, die geen oordeel kan inhouden omdat ik uw dissertatie nog niet gelezen heb, gebaseerd op deze passage

Mijn hypothese hierbij is dat Van Eeden en Ortt de rol vervulden van de ‘laatsten der Mohikanen’: in een cultureel landschap dat zich kenmerkte door een steeds verder gaande specialisatie en verbrokkeling wilden zij homines universales zijn.


Dus dan heb ik de volgende gemist (Mohikanen had ik nu eenmaal niet als zoekterm gebruikt)

Zijn ‘dilettantisme’ was, net als dat van Ortt, niet unzeitgemäß. Van Eeden en Ortt waren niet de ‘laatsten der Mohikanen’. Ze markeren een keerpunt: de overgang van de klassieke ‘letterheer’ als geleerde op elk terrein naar de moderne intellectueel die zich vanuit zijn specifieke deskundigheid of roeping laat gelden op gebieden die daarbuiten liggen.


Ik denk dat ik daarmee wel kan instemmen. Als belijdend lid van de Academie van Ambulante Wetenschappen - nomadisch intellectueel - kan ik mij zelfs enigszins gevleid voelen.

Dank voor uw reactie,
met vriendelijke groet,
André de Raaij

Geen opmerkingen: