26 juni, 2015

Het verzonken begrip "expressieve politiek"

De dissertatie van Niek Pas, Imaazje!, over Provo, is mij bij verschijnen, in naar ik meen 2003, bespaard gebleven, omdat het een niet sympathiserend geschrift heette te zijn. Nu hoeft dit natuurlijk niet, en al zeker niet voor een proefschrift, maar Pas was (en is) van de Righart-school, die eenvoudigweg ontkent dat er een politieke lading was aan de jongerenrevolte die "de jaren zestig" spreekwoordelijk heeft gemaakt. Eerder deze week ben ik al in eenzijdige dialoog met het boek van Pas getreden zonder hem te noemen. Hij depolitiseert Provo tot spektakel voor de media, waarbij ook de blijkbaar overdreven aandacht voor de geschiedenis ervan hoort. Om hier toch vooral afstand van te houden is in het halve-eeuwfeest van Provo een verkorte en bijgewerkte versie van het proefschrift verschenen onder de titel Provo! Mediafenomeen 1965-1967.

Het is wel een vlot leesbaar en chronologisch goed uitgewerkt verhaal, met merkwaardige uitweiding op het gebied van bronnen die enigszins willekeurig aandoet. Op het laatst dicht de schrijver Provo toch iets politieks toe, dan valt de toverkreet “expressief, net als de anti-vivisectiebeweging van omstreeks 1900”. Omdat degene die deze kreet hierover heeft gelanceerd intussen in verdiende vergetelheid als PVV-sympathisante verdwenen is wordt de herkomst van dit verhaal niet genoemd, wat ik op zijn minst grappig vind. Het lijkt mij dat het boek van Eric Duivenvoorden, natuurlijk ook behorend bij de vijftigste verjaardag, aanbevelenswaardiger is - spoedig hierover meer.

Geen opmerkingen: