12 november, 2010

God is in de stilte en dus in het zwijgen


Gefuseerd of niet, het Nederlandse protestantisme is er niet op vooruit gekacheld de afgelopen anderhalve eeuw.
Onlangs vertelde ik een theoloog dat ik terwille van het onderzoek naar het Nederlandse christen-anarchisme tientallen jaargangen van De Hervorming heb doorgespit. Dat was nogal wat werk, vond de gespreksgenoot. Graag gedaan, want ik vond het de moeite waard. De discussie had een zeer hoog niveau, anderhalve eeuw geleden. Maar het was dan ook een discussie.

Is er nu nog wel echt discussie? Gisteren 11 november was er een synode over een rapport getiteld Spreken over God. Hier is een toegang tot het rapport, dat ik ook maar net heb binnengehaald en waarover ik mij nu dus niet kan uitlaten. De reactie van Klaas Hendrikse, ook toegankelijk via de gemelde link, vind ik niet veelbelovend. Hij stelt: wekelijks gaan er duizend mensen voor het laatst naar de kerk, wat biedt je hen?

Zowel het door Hendrikse als het door Fennie Kruize opgeworpene is allesbehalve nieuw en wat er te bespeuren is aan reacties op beiden verraadt vooral een volkomen gebrek aan zicht op de historische dimensies van de protestante Kerk (ik krijg het woord eigenlijk nog steeds maar moeizaam uit het toetsenbord).
Het nieuwe, verrassende, verbijsterende, onverdraaglijke, lieve mensen, was al anderhalve eeuw geleden onder u.
Moeten we daar niet eens over praten?
"Maak jij dan eerst maar eens je werk af zodat wij het eens kunnen lezen."
Misschien wel...

Voorlopig bied ik post festum even een discussiebijdrage in de vorm van de kop van deze post.

Geen opmerkingen: