17 mei, 2007

Geloof in de maakbaarheid van de wereld


De lichte verbazing over de Nederlandse feestdag Hemelvaartsdag blijf ik houden. In veel landen is het geen vrije dag en zal de viering in kerken vrijblijvend zijn (op dit punt zal er geen groot verschil met Nederland zijn). Er moet iets uitgelegd worden, over dat mannetje aan dat hangertje of zo. En de uitleg blijft uit. Het is een vrije dag. Uitslapen of juist dauwtrappen.

De dood deze week van de geestelijk leider van gewillige oorlogsmisdadigers in heden en verleden confronteert iedereen met een restje fatsoen in zijn of haar bast met de ongepastheid, nee de onmogelijkheid zich christen te noemen. Wie zegt christen te zijn dient altijd met de grootst mogelijke argwaan bekeken te worden. In de praktijk komt het denk ik niet voor dat zo iemand een hengst tegen zijn (ik denk toch vooral aan mannen bij zo'n zelfvoldane uitdrukking) wang krijgt om eens te kijken of de andere wordt toegekeerd. Het zou wel de beste reactie zijn - zij het niet in de geest van Christus, moet ik er meteen bij zeggen. Christen kun je niet zijn, het is geen identiteit, je kunt alleen streven de leringen van Jezus van Nazareth te volgen.

Doe ik hiermee tekort aan de verdrukte en bedreigde christenen in de wijde omgeving van het Land van Uitgifte? Liever niet - ik vind het hoopvol dat de nieuwe metropoliet en patriarchale vicarius van het Syrisch-Orthodoxe aartsbisdom van Nederland - medewerker van ons blad Gouden Hoorn [altijd verrassend hoe je opduikt op het internet] -, het streven vooropstelt. Toch is zijn gemeenschap in de eerste plaats getekend door de identiteit van christen, al is dat nog iets anders dan die van Noordatlantische identiteitschristenen.

Het is een verschil, naar het woord van de Romeinenbrief, zich niet te schamen voor het evangelie - wel voor de term christen. Laat ik het daar op houden en mijn verrassing uitspreken over enkele vondsten op de site van ¡Ya Basta!
Hier een aanbeveling van een zelfuitgegeven boek over Universele Liefde. Het milieu geeft te denken.
En tenslotte een pleidooi voor global warming - wat om het verwarmen van het hart blijkt te gaan. Een uitdrukking die mij ook wel de aanvechting geeft om met dingen te gaan gooien, maar de auteur bedoelt het zo lief, blijkt tenslotte - dus het zij hem vergeven.
Citaat van het slot:
Als gelovige wil ik mijn verhaal ook nog wat ruimer kaderen. Versobering en solidariteit zijn twee belangrijke waarden in het christelijk gedachtengoed en komen bijvoorbeeld sterk aan bod in de vastenperiode. Achter de donkere dreiging van de opwarming van de aarde ziet een gelovige het licht van de verrijzenis. We moeten geloven dat we door versobering en solidariteit iets kunnen doen, al mogen we niet blind zijn voor de grote krachten in deze wereld die voluit gaan voor de onwaarden van onderdrukking en geldgewin. Voor een christen is het een grote zonde niet meer te geloven in de maakbaarheid van deze wereld en de goede wil van zijn bewoners. [einde citaat]

We mogen hopen dat dit geloof niet alleen van en voor christenen is - het citaat is van Paul Vereecke te Bonheiden, een dierbare plaats. Daar viel het woord christen toch weer...

Geen opmerkingen: